Tim 'S Jongers
Sophia De Wolf
Non-fictie
  • 184 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

10 september 2024 Armoede uitgelegd aan mensen met geld
Boeken worden veelal opgedragen aan iemand. Deze uitgave is opgedragen aan Punker. Het verschil met andere boeken is dat Punker ook regelmatig opduikt in het boek zelf. Wat duidelijk maakt dat de dedicatie meer dan één reden omvat.
De kern van het betoog dat doorheen het hele boek als rode draad tussen de regels hangt, is dat als we armoede effectief willen bestrijden, we niet de mensen in armoede zelf moeten viseren, maar eerst de blik op armoede van mensen mét geld moeten wijzigen. Want het zijn die laatsten die meestal zo goed als alles bepalen wat regels en voorwaarden betreft, en bovendien een moraliserende toon aanslaan richting mensen in armoede, maar vervolgens meestal de verkeerde oplossingen bepleiten.
Tim ’S Jongers is als geen ander geplaatst om de problematiek correct weer te geven, hij groeide zelf op in armoede, slaagde er in - ondanks allerlei obstakels - om politicoloog en bestuurskundige te worden. Zijn status van ‘ervaringsdeskundige’ en zijn onderzoek naar armoede resulteerden in beleidsvoorstellen met de juiste impact. Doordat hij bovendien dit boek schreef, kan zijn visie breder verspreid worden. In zijn overtuigend pleidooi om armoede effectief aan te pakken, hamert hij erop om vooral in te zien wat armoede écht is. Armoede is ‘veelkantig’.
Dat maakt hij in een vlot leesbaar en niet te dik boek van 168 pagina’s overtuigend duidelijk doordat hij zijn persoonlijke verhaal verweeft met de huidige, meestal verkeerde, aanpak én met voorstellen hoe het idealiter best zou aangepakt worden. ’S Jongers heeft aan den lijve ondervonden wat armoede precies inhoudt, maakt bijgevolg gezwind komaf met de mythe van de meritocratie en wijst erop dat symptoombestrijding dure logica is. Hoogopgeleiden ‘bevinden zich aan de goede kant van de maatschappelijke kloven’. Het zijn ‘de winnaars van de wedstrijd en maken de dienst uit in de samenleving’. Nu de auteur zelf een mooi loon heeft, rekent hij zichzelf bij de ‘outsourcingklasse’. Zitten ze met een probleem of hebben ze ergens geen zin in, dan wordt dat uitbesteed aan een ‘professional’. Arme mensen hebben niet de luxe om hun ‘shit’ te outsourcen. Er wordt daarenboven bezuinigd op zorg, terwijl uitgestelde zorg dure zorg wordt. Ondertussen worden er subsidies gegeven voor zonnepanelen, een elektrische auto of het verduurzamen van de woning, m.a.w. zij die hebben krijgen meer. Tim ’S Jongers hekelt ook het feit dat van mensen in armoede het meeste ‘instantiekapitaal’ verlangd wordt, ‘ze hebben met eindeloos veel formulieren, regels, loketten, hulpverleners en zelfverklaarde coaches te maken’. Ze worden daarnaast ook nog eens beschouwd als ‘een onderzoeksobject’.
Het algemeen feit bovendien dat mensen steeds meer als kostenpost gezien worden, leidt tot bezuinigingen in uitgaven voor onderwijs, pensioenen, gezondheidszorg, welzijn en armoedebeleid. Mensen worden als kost aanzien terwijl er in mensen geïnvesteerd zou moeten worden. Dat is trouwens gewoon heel slim volgens de Amerikaanse Nobelprijswinnaar James Heckman: investeren in mensen is het beste wat je als samenleving kan doen. Het levert het meeste rendement op, ‘niet enkel voor de persoon zelf, maar ook voor de samenleving als geheel’. (p.70)
De auteur hekelt ook de tendens om zich bezig te houden met één bepaald soort armoede. Er is kinderarmoede, digitale armoede, menstruatiearmoede, … niemand houdt zich bezig met dé armoede. Dit is lang niet het enige inzicht in dit lezenswaardige boek. Het is in zijn geheel, zoals vermeld op de achterflap, een spoedcursus armoede. Volledigheidshalve vermeldt de auteur ook de initiatieven met positief resultaat, die zijn er gelukkig, en tonen aan hoe een juiste aanpak vruchten afwerpt.
Ondanks het feit dat Tim ’S Jongers een masterdiploma op zak heeft, een goed betaalde job, en dat zijn bestaansonzekerheid tot een minimum beperkt is, is hij nog altijd onzeker en een twijfelaar over bijvoorbeeld grote aankopen. Zijn objectieve sociale status is hoog, maar het voelt soms voor hem nog altijd aan alsof hij lager op de ladder staat. En op die momenten telefoneert hij naar Punker. Dat maakt duidelijk hoe allesbepalend armoede is. En hoe dat blijft doorsijpelen in je zelfbeeld. Ook moest hij eraan wennen dat hij plots veel verdiende en er ogenschijnlijk weinig voor moest doen, terwijl heel wat mensen hard moeten werken in de 24-uurseconomie en er heel wat minder voor betaald worden. 
In het laatste hoofdstuk maakt de auteur duidelijk wat zijn missie is. Grote groepen in de samenleving zijn onterecht in een verdomhoekje geduwd. Hij wil iedereen daaruit, maar dat kan hij niet alleen. Hij wil dat politici en beleidsmakers stoppen met pleisters plakken en zich ondertussen blindstaren op cijfers en definities. In plaats daarvan moeten ze investeren in mensen, zo niet, dan blijft armoede een duur maatschappelijk verhaal waar niemand mee opschiet. Een goed begin zou zijn dat ze dit boek lezen. Of beter, dat iedereen dit meer dan nuttige boek leest, want het ontkracht met veel overtuiging de hardnekkige mythes over armoede. Misschien komen we daardoor zelfs wat dichter bij mensen in armoede over wie we zo vlug een oordeel hebben. Misschien kunnen we dan zelf soms een beetje ‘Punker’ zijn, aldus de auteur.

Sophia De Wolf
Tim ’S Jongers (1981) is een Belgische publicist, bestuurskundige en politicoloog. In zijn werk focust hij zich op armoede en ongelijkheid in de samenleving. Sinds 1 september 2022 is hij directeur van de Wiardi Beckman Stichting. 
Tim 'S Jongers
Sophia De Wolf
Non-fictie
Recensent
_Sophia De Wolf Vrijwilliger bij het Huis van de Mens Zottegem
Meer van Sophia De Wolf

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies