Kwintessens
Geschreven door Patrick De Reyck
  • 999 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

3 januari 2024 Vrije wil en het recht op zelfbeschikking (1)
Deel 1
Ik geloof niet in de zogenaamde vrije wil, niet zozeer omdat er voor mij niets wijst op het bestaan ervan, maar omdat het me logisch onmogelijk lijkt. Ik hoefde bijgevolg het recente boek Determined van de Amerikaanse neuro-endocrinoloog Robert Sapolsky niet te lezen om overtuigd te raken, al heb ik wel veel geleerd van zijn indrukwekkende boek. Blijkbaar is zijn werk de laatste tijd populair bij cultuur- en gedragswetenschappers. Hopelijk hoort bioaversie dan ook gauw tot het verleden. Het zal geen toeval zijn dat ook andere Kwintessens-bijdragen aan het werk van de man refereren, waarbij de auteurs zijn onderzoek toepassen op het verschijnsel criminaliteit. Het valt wel op dat er in hun tekst van de notie vrije wil geen sprake is, terwijl die volgens Sapolsky niet bestaat. Eigenlijk toont hij aan dat er zo goed als geen ruimte voor is. Daarom: is de vraag rond het al dan niet bestaan van vrije wil niet relevant binnen de criminologie (en andere gedragswetenschappen)? Hebben de auteurs angst dat een (noodzakelijke) naturalistisch-evolutionaire aanpak zou kunnen wijzen op het zo verafschuwde determinisme? Met het benadrukken van de biologische, genetische, en socioculturele omgevingsfactoren die ons gedrag beïnvloeden maken ze het tegendeel niet plausibel, integendeel. Ze spreken over beïnvloeding en betrokkenheid, en dat voorgaande en directe oorzaken hand in hand bepalend zijn voor ons gedrag, maar daarmee zeggen ze natuurlijk niet dat deze oorzaken elke beslissing, elke keuze en elke intentie bepalen en determineren. En dat is juist wat Sapolski tracht aan te tonen in Determined. Vele academici pleiten de laatste tijd trouwens voor het doorbreken van de grenzen tussen de verschillende disciplines. De cultuur- en gedragswetenschappen zouden zich hierbij wel eens serieus in het eigen vlees kunnen snijden, gezien de overdaad aan verklaringsmodellen, theorieën en perspectieven, zoals de auteurs van het artikel zelf zeggen over hun vakgebied. Er zouden heel wat ideologische gedrochten uit de kast kunnen vallen (wat Griet Vandermassen goed aantoont in haar Dames voor Darwin). Is er plaats voor een evolutief perspectief vragen de auteurs zich af in de titel? Hoeft die vraag eigenlijk nog gesteld te worden? Overigens vind ik evolutief klinken als een eufemisme voor evolutionair.
Determinisme associëren beide schrijvers met fatalisme. Ik zal het associëren met vrijheid (vergelijkbaar met de opvatting van Daniel Dennett).
Laat ik niet te veel uitweiden: het is over vrije wil, of het gebrek eraan dat ik het in deze tekst wil hebben, uiteindelijk zelfs binnen de context van het zelfbeschikkingsrecht en het humanisme, hoe contradictorisch dit ook mag klinken.
In zijn boek knijpt Sapolski met elk volgend hoofdstuk de ruimte voor vrije wil steeds verder samen tot uiteindelijk infinitesimale proporties. Ik baseer me in dit essay grotendeels op zijn werk.
Het recht op zelfbeschikking is een humanistisch kernbegrip. Vrijzinnig humanisten zetten zich in voor de wilsvrijheid en het zelfbeschikkingsrecht van het individu, zo staat het letterlijk op de site van het Humanistisch Verbond. Maar hoe kan men humanist zijn als men vrije wil maar nonsens vindt?
Stel dat iemand, u bijvoorbeeld, op het punt staat een beslissing te nemen – al dan niet belangrijk, misschien wel levensbepalend voor u of voor anderen, zoals het bevel geven om een raket af te vuren (mocht u opperbevelhebber zijn). Wat er gebeurde tijdens de milliseconden, seconden, uren, dagen, jaren, decennia, en zelfs eeuwen en millennia voorafgaand aan dat moment, zal niet alleen bepalend zijn voor de te nemen beslissing en hoe u op dat moment daar bent geraakt, maar het geheel zelfs volledig bepalen. Dat is de crux van de redenering in Sapolsky's boek.
Wat heeft zich afgespeeld gedurende al die jaren van uw volwassen leven? Met zekerheid te veel en te onbewust om te kunnen opnoemen, maar vele van die gebeurtenissen hadden wel een epigenetisch effect op de expressie van een groot aantal van uw genen, dus zonder dat de DNA-sequenties ervan zelf veranderden. Hoe waren uw adolescentiejaren, toen uw frontale cortex zo ongenadig werd bestormd, gevormd en gekneed – zo stormachtig, rumoerig en verwarrend als de mijne? En hoe was uw kindertijd? Iedereen weet inmiddels hoe bepalend die was voor de volwassene die u nu bent. (U niet alleen natuurlijk.) En uw maanden als foetus, hoe verliepen die? Waren die vredig of eerder tumultueus? Onder welke omstandigheden versmolten die ene spermacel en dat ene eitje om uw genoom te vormen? Wie waren uw ouders, grootouders, en zelfs uw verre voorouders eeuwen geleden toen zij de fundamenten legden van de cultuur waarin u werd opgevoed? Laten we nog wat verder teruggaan in de tijd: wat gebeurde er de laatste 100.000 jaar met de nu enige overblijvende menselijke soort waartoe u behoort? En daarvoor gedurende ettelijke miljoenen jaren met al onze voorouderlijke soorten, van Australopithecus tot Homo sapiens? Wees maar zeker dat qua bepaalde genen u meer verwant bent aan een chimpansee, bonobo of zelfs een orang-oetan dan aan uw naaste buur of welke andere mens dan ook. Welk deel van uw genetisch materiaal stamt trouwens af van uw voorloper Ida, een slordige 47 miljoen jaar geleden? En last (?) but not least: hoe en onder welke omstandigheden ontstonden de eerste overlevende DNA-replicatoren miljarden jaren geleden en welk spoor lieten zij na in uw genoom? Dit alles en meer, met andere woorden al die ontelbare interacties tussen biologie en omgeving waarover u totaal geen controle had, convergeerden tot dat ene unieke brein dat van u een actor ('agent') maakt die op het punt staat een beslissing te nemen.
Toont dit alles aan dat u geen vrije wil hebt? Elk op zichzelf genomen niet natuurlijk. Genen hebben bijvoorbeeld meer te maken met mogelijkheden en kwetsbaarheden dan met onvermijdelijkheid. Enerzijds vormen ze geen blauwdruk, eerder een recept, maar anderzijds kiest niemand zijn genen zelf en evenmin hoe ze interageren in een baarmoeder, tijdens een kindertijd, adolescentie en zelfs het volwassen leven. Niets van dat alles hebt u zelf gekozen. Genen kunnen trouwens door ander DNA van uw genoom – het grootste deel ervan zelfs – aan en uit worden gezet door omgevingsinvloeden, of die omgeving nu één cel is, het hele lichaam, of gebeurtenissen zijn in de wereld om u heen. Daarbij is hun werking ook nog anders – soms zelfs tegengesteld – in een andere omgeving. Had u een familiale omgeving met voldoende postnatale ouderlijke binding of een waarin het tegendeel het geval was, en was uw adolescentie stimulerend of eerder traumatisch? Allebei uitermate belangrijk voor de genen die de bouwstenen van belangrijke neurotransmitters zoals serotonine en dopamine coderen.
Lees hier deel twee van dit essay.
Kwintessens
Patrick De Reyck is een gepensioneerde leerkracht wiskunde en wetenschappen, met als opleidingen fysica en wijsbegeerte.
_Patrick De Reyck -
Meer van Patrick De Reyck

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws