Vrijzinnige Vrouwen
Geschreven door Femke Van Durme
  • 251 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

15 juli 2024 Soloreisverslag van een jonge vrijzinnige vrouw (deel 6)
Drie dagen letterlijk 'paradise' in K'gari Island
Na mijn zeiltrip nam ik de nachtbus vanuit Airlie Beach naar Rainbow Beach. Het was de eerste keer dat ik in de nacht op de bus zat en dat viel beter mee dan gedacht. Ik was af en toe wat busmisselijk, maar heb wel beter kunnen slapen dan verwacht. Rond zes uur 's morgens was er een probleem met een andere bus waardoor we twee uur moesten wachten voor we verder konden rijden. Maar ik vond dat eigenlijk niet zo erg, want hierdoor kon ik op mijn gemak ontbijten. Rond negen uur kwam ik aan in Rainbow Beach en de busstop bleek recht tegenover mijn hostel te zijn, wat een grote meevaller was. Ik verbleef in het Pippies Beachhouse. Het goedkoopste hostel tot nu toe (vijftien euro per nacht) en verbleef hier twee nachten. Ik had redelijk lage verwachtingen van het hostel, mede door de redelijk slechte reviews en de lage prijs, maar was verbaasd door de vriendelijkheid en het hostel op zich. Het hostel biedt ook tours naar K'gari Island aan en ik was wat verward omdat ik de enige persoon daar was die niet met hun organisatie daarnaartoe ging gaan (achteraf gezien ben ik heel blij dat ik niet met hen ben meegegaan aangezien ze nogal bekend staan – zoals alle andere organisaties – als party vibes, zonder het culturele luik). Ik had één volledige dag om Rainbow Beach te bezoeken. Maar ik moet zeggen: ik was blij dat ik maar één dag hier had, want er was niet heel veel te beleven behalve het mooie strand, waar ik een lange strandwandeling heb gemaakt. De volgende ochtend ben ik om zeven uur 's morgens opgestaan om te gaan lopen op het strand. Ik had in mijn 40-liter-rugzak mijn loopschoenen meegenomen, maar door ziek te zijn nog niet echt een moment gevonden om te gaan lopen. Ik was heel blij dat ik zo mijn ochtend begonnen was. Om tien uur werd ik opgehaald door de organisatie (Drop Bears K'gari Adventures) om de tour te beginnen. Ze kwamen aan met drie grote rode 4x4's. Er zaten al wat mensen in de auto's die van Noosa kwamen. Eens iedereen verzameld was reden we vijftien minuten richting de ferry. Ik vond het heel grappig dat alle auto's precies in een kuip zaten op weg naar K'gari Island. Het was niet heel ver op de ferry; ik denk maximum 25 minuten. (In de terugkeer zagen we dolfijnen op de ferry.)
Eens aangekomen op het eiland ben je opeens in een heel andere wereld. K'gari is het grootste zandeiland ter wereld en bevat meer zandkorrels dan de Sahara. Het is 123 kilometer lang, ligt aan de oostkust van Australië en hoort bij Queensland.
Ik vond het fascinerend om te zien hoe bomen en regenwoud, en grote prachtige meren allemaal kunnen groeien op een zandbank (zonder soil). Wat ik het leukste aan de tour vond waren de story time-momenten. Ze gaven altijd heel veel culturele verhalen mee over de inheemse Butchulla-gemeenschap en over het ontstaan van dit eiland, en gaven zowel het wetenschappelijke verhaal als hetgeen waarin de Butchulla-mensen in geloven. Er heerste altijd een groot respect voor de gemeenschap. Er was bijvoorbeeld een plek die enkel bezocht werd door de Butchulla-vrouwen omdat het de plek was waar de bevallingen plaatsvonden. Onze guide (Bratt) ging bewust niet in deze plek. Hij vertelde ook dat K'gari Island de officiële naam is en Fraser Island de Engelse naam, er hoort een heel verhaal bij waarom iedereen het toen Fraser Island is beginnen noemen, maar ze willen bewust niet deze naam gebruiken omdat er een lange strijd gaande is om dit eiland te erkennen als belangrijke plek voor de Butchulla-mensen.
De driedaagse bestond voornamelijk uit rijden met de auto's op het strand (wat ik een heel raar concept vond, maar heel normaal is in Australië) en de mooiste plekjes bezoeken. We hadden meestal wel wat tijd om te genieten van een meer of een andere plek. Maar de tijd was wel gereguleerd door de overheid dus je kon er niet heel de dag zitten (maximaal twee uur).
De eerste middag gingen we naar een redelijk groot meer en leerden we hoe we met een boomerang moesten gooien. Ze hadden geen linkshandige boomerangs mee dus ik was niet echt een talent. Erna gingen we naar het base camp. Er zijn op het eiland geen asfaltbanen of huizen met bakstenen. Toch voelde het base camp (een houten constructie boven de grond) heel luxeus. We kregen elk ook een warmwaterkruik, wat ik echt geweldig vond, zeker toen ik opstond en die nog steeds warmte gaf. Elke kamer had een eigen douche en toilet. Ik deelde de kamer met Madeline (dertig jaar, uit Duitsland), die twee jaar voor werk in Australië woonde en nu met een camper van alleen door Australië rondtrekt. Ik kan niet per se verklaren waarom, maar ik heb heel het kampje echt opgekeken naar haar. Alleen al het feit dat ze alleen met een busje rondtrekt vond ik zo moedig. Toen we terugkwamen van het meer zat ik een beetje in een dipje. Ik vond dat er in onze groep veel mensen samen reisden, en vooral veel koppels, wat me echt stoorde. Het triggerde vooral om na te denken over mijn eigen liefdesleven in België. Uiteindelijk begon ik erover tegen Madeline en we hadden een heerlijk leuk gesprek over relaties en liefde en reizen. Erna was al het verdriet verdwenen en was ik heel blij dat ik durfde om dit topic aan te kaarten bij een onbekende. 's Avonds speelden we aan het kampvuur weervolven. Een Iers meisje had het geleerd van een Nederlands vriendengroepje en vroeg of iemand dat kende. De scoutsleider in mij kwam naar boven en ik moest ook denken aan mijn uniefvrienden waar ik het laatst mee had gespeeld en legde het spel uit. Het was een schitterende afsluiter van de dag.
De volgende ochtend stond mijn wekker om 5.40 uur om de zonsopgang te kunnen zien. Bratt stond om 4.30 uur op zodat we warm water hadden en een koffietje konden maken dat we konden meenemen naar het strand, want het was letterlijk maar drie minuten stappen naar de zee. We hoorden vanuit ons bed zelfs het geluid van de golven. We konden trouwens niet zwemmen in de zee zelf, want er zitten te veel haaien. Ook zijn er walvissen waarvan we er een paar gespot van hebben. Na de zonsondergang was het om 6.30 uur tijd om te ontbijten met eitjes en toast (joepieee!! Ik hou van eitjes). Erna vertrokken we naar onze eerste bestemming van de dag namelijk Eli Creek. Een plaats waar er een waterwegje is en je met een opblaasbare band en de stroming mee werd genomen. Sunparks in real life. Soms was de stroming wel wat traag en moest je eens je voeten gebruiken om verder te kunnen, maar ik vond deze activiteit geniaal. Erna gingen we naar SS Maheno, een oud schip met veel geschiedenis achter dat hier gestrand is. Ik reed met de auto ernaartoe, iets wat ik best eng vond, ook al was het maar een rit van tien minuten. Ik had nog nooit in zand gereden, het was heel lang geleden dat ik met de auto had gereden en opeens moest ik ook nog eens links rijden. Maar alles verliep zeer vlotjes en ik was blij dat ik mezelf had uitgedaagd om te proberen. Erna zijn we naar de The Champagne Pools gegaan, een plekje aan de zee. 'Deze natuurlijk gevormde rotszwembaden vormen een verzameling ondiepe, zanderige zwemholen direct aan de rand van de oceaan met een schitterend uitzicht op de omgeving. Bij elke golf worden de poelen vernieuwd met water, waardoor een jacuzziachtig gevoel ontstaat terwijl het zeeschuim om je heen bruist. Zo komt deze unieke bestemming aan zijn naam – het is alsof je in een zwembad met bubbelende champagne zit!'
Als laatste gingen we naar Lake Allom, waar er allemaal kleine schildpadjes zitten en je ook kunt zwemmen. Erna keerden we terug naar ons base camp en genoten we tijdens de autorit van een prachtige zonsondergang. Na een kampvuuravond met de gitaar was het tijd om naar bed te gaan.
De volgende ochtend was het 5.30 uur en ik was aan het twijfelen om op te staan om te gaan lopen aan het strand met zonsopgang of om nog een uurtje te slapen tot ontbijt. Uiteindelijk raapte ik al mijn moed bij elkaar om me toch klaar te maken. Maar had toch niet echt de juiste keuze gemaakt want toen ik klaar was om te vertrekken kwam ik nog iemand van de crew tegen en vroeg ik of het veilig was om te gaan lopen en het antwoord was onmiddellijk nee. Er lopen namelijk veel wongari's (dingo's) rond op het eiland. Dit zijn wilde honden die agressief kunnen reageren. We moesten als we naar buiten gingen een plastic stok meenemen om als de dingo te dicht bij je kwam op de grond te mee te slaan (niet op de hond!) en zo luid mogelijk te brullen. Overal op het eiland hingen er waarschuwingsborden op over de dingo's, in het verleden zijn er waarschijnlijk al veel verschillende incidenten mee gebeurd. Als ik zou gaan lopen zou dat de wongari's kunnen triggeren om me als een gevaar te zien en me aan te vallen. De loopsessie draaide dan maar uit in een korte wandeling omdat ik opeens bang was om alleen te stappen (wat ze ook afraden).
De laatste dag startten we met Amerikaanse pannenkoeken en gingen we heel vroeg naar Boorangoora (Lake McKenzie). Een topfavoriet van heel veel mensen. Een groot prachtig meer, met zodanig helder water dat het drinkbaar is. We waren er heel vroeg om alle andere toeristen te vermijden. Bratt had ook twee SUP's mee om het meer mee te verkennen. Erna was het tijd om afscheid te nemen van dit prachtige eiland, de mooie mensen die ik heb ontmoet en het lekkere eten. Het voelde als een echte ontdekking. Dankbaar voor deze mooie wereld.
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
None
Vrijzinnige Vrouwen
Femke Van Durme, 23 jaar, politicoloog en student rechten.
_Femke Van Durme -
Meer van Femke Van Durme

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws