Kwintessens
Geschreven door Max Schneider
  • 525 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

9 juli 2024 De macht van de minderheid
Er zijn niet zoveel medailles die maar één kant hebben. Ambiguïteit zit in elke vezel van het bestaan. Daar is niet alleen niks mis mee, het is zelfs noodzakelijk, want het geeft uitzicht op voortschrijdend inzicht en zelfs verbetering. Dus, houden zo.
Over zo goed als alles bestaat er een breed spectrum aan meningen. Meestal verdeeld in links/rechts of conservatief/progressief. Omdat die containers te vol zitten, hebben we subcategorieën zodat we toch iets beter weten waarover we spreken. Links/rechts wordt dan bijvoorbeeld economisch, identitair of ecologisch opgedeeld. Die complexiteit zorgt voor nogal wat keuzestress bij het invullen van de kiesbarometer en voor politieke partijen die binnen hun eigen rangen geconfronteerd worden met vrij diametrale groepen. Waar u zich plaatst op die spectra beslist u zelf wel en waar ik sta zal u worst wezen.
Waar ik het echter graag eens met u wil over hebben is een merkwaardige discrepantie die ik meen waar te nemen. Niet dat ik het echt nageteld heb, maar ik ervaar het toch zo dat er een relevant verschil is tussen het standpunt van een ruime meerderheid binnen elke der categorieën zoals studenten, partijleden, krantenlezers, katholieken en waarom niet, vrijzinnig humanisten aan de ene kant en de officiële taal, de toon van hun woordvoerders, de houding naar buiten toe en zelfs de interne communicatie aan de andere kant.
Anders geformuleerd, wat je openlijk hoort en leest is niet noodzakelijk hetzelfde als wat je aanvoelt als het standpunt van de zich niet expliciterende meerderheid. Commentatoren, sprekers allerhande en de mondigste leden van de groep ventileren standpunten die eventueel nog wel bevraagd worden, maar toch minstens de sfeer en de toon van het groepsstandpunt bepalen. Zonder dat dat volledig correspondeert met het standpunt van de meerderheid.
Er ontstaat een perceptie die lijkt op een consensus die er eigenlijk niet is. En dat niet alleen voor de toeschouwer, maar belangrijker, ook voor de leden die niet allemaal zin hebben in een interne ruzie, twijfel over hun loyaliteit, of erger, een kwalijke stempel.
Dat er binnen ideologische en andere groepen meningsverschillen en dus strekkingen bestaan is niet bijzonder. Mijn punt is dat de schijnbare consensus en algemene toon niet noodzakelijk door de meerderheid, maar soms door een verrassend kleine minderheid gegenereerd wordt. Die is verbaal sterk en vormt binnen de groep de organisatorische en daardoor bepalende 'elite' – jawel, daar heb je dat woord weer – en weet haar standpunt een aura van principiële zuiverheid mee te geven. Iemand die ja, maar … probeert te zeggen, slikt dat dan wel in. Want een meningsverschil over praktische zaken is iets anders dan een vraagteken bij een gesacraliseerde stelling.
Ter illustratie aan de rechterzijde: Niet dat ik daar veel volk ken, maar ik ben er vrij zeker van dat het brulboeigedrag van sommige actoren binnen die kringen enkel de harde kern moet bedienen, maar niet gesmaakt wordt door de gemiddelde rechtse kiezer. In die mate dat de houding van Tom Van Grieken tegenover Petra De Sutter het Belang belangrijke procenten kostte aan zwevende kiezers.
Aan de rode kant van het spectrum moest in de jaren tachtig een deel van de militanten zodanig veel eigen standpunten over migratie inslikken dat ze uit pure frustratie voor het Vlaams Belang stemden.
Hoe dan ook, ze zoeken het maar uit daar in de politieke gebieden. Terug naar het eigen Vrijzinnig Huis. Iemand die er regelmatig in een van de vele kamers over de vloer komt weet dat daar zelden of nooit donkerbruine dampen te bespeuren vallen.
Prima, ook houden zo. Maar de grens tussen correcte, zeer verdedigbare standpunten wat betreft racisme, seksisme, identiteiten, kolonialisme, aan de ene kant en iets wat BDW doorgeschoten woke-waanzin zou noemen, is vaag en diffuus. Sluit uw eigen plaats op dat spectrum echt naadloos aan bij het officiële standpunt of de luidst geventileerde stelling in de kamer waar u vaak komt? Let wel, ik heb het niet over iets praktisch, maar over principes en hun afbakening.
De angst om door je bondgenoten als deloyaal ervaren te worden, is antropologisch een van de sterkste motivatoren om daar zeer voorzichtig mee om te gaan. Er bestaat uitgebreid neurologisch, antropologisch en sociologisch onderzoek over. In ons pleistoceenbrein, toen de cognitiemechanismen der protohominiden vorm kregen, was dat geen kwestie van smaak maar van loyaliteit en die woog, en wees gerust, weegt nog altijd, bijzonder zwaar in de menselijke natuur en manifesteert zich niet altijd op het bewuste niveau. Uit de groep gestoten worden, was toen een doodvonnis.
Ik weet het, dat is al even geleden en u hebt zelf nagedacht over uw standpunten en durft die desgewenst ook verdedigen. Maar de vraag is of u bereid bent ruzie te maken over, pakweg, het persoonlijk voornaamwoord waarmee iemand wenst aangesproken te worden. Waarschijnlijk niet. En als een redacteur ongevraagd, want immers goed bedoeld (!) 'hij, hem' achter uw tekst zet? Het is mezelf nog niet overkomen, maar het gebeurt. Aan de Universiteit Antwerpen 'adviseert' een commissie om op die manier je teksten te ondertekenen. Én om de externe contacten te bewegen om dat ook te doen. Niet iedereen kan het zich veroorloven om dat soort 'adviezen’'te negeren. Ook binnen niet professionele contexten zoals verenigingen bestaan stilzwijgende, meestal ontkende, hiërarchieën.
Het mechanisme van cancelling en zelfcensuur werkt eerder met nudging dan met open vizier. Stel: omdat in het maatschappelijk debat het unisono geen zoden aan de dijk brengt, stelt u voor om tijdens een symposium over pakweg immigratie, asielcrisis, criminaliteit, woke enzovoort niet alleen mensen van het eigen meningenpakket, maar ook een spreker van extreemrechts uit te nodigen. Dat wordt niet onmiddellijk en openlijk 'afgeschoten', maar met veel 'eventueel en misschien' overwogen. Vervolgens hoor je er niks meer van en een tijd later zit je op een panelgesprek over zo'n debatissue te luisteren naar panelleden die allemaal variaties op het gemeenschappelijk groot gelijk bezingen en geen enkele vertegenwoordiger van je ideologische opponenten.
Er zijn niet zoveel groepsleden die op dat moment bereid zijn de deur te openen om de nuance binnen te laten en hun loyaliteit in de weegschaal te leggen door te zeggen: beste geestesgenoten, we hoeven het niet eens te zijn met hun visie, maar wat puntje X betreft hebben onze tegenstrevers wel gelijk en in Y hebben wij ongelijk.
Ik zou ermee kunnen leven als het om een democratische meerderheid ging die de graad van principiële deugdzaamheid uitmaakte, maar dat is niet het geval, want het verschil tussen wat ik op het podium verneem en wat ik aan de bar en in de wandelgangen hoor is te groot.
Grote zuiverheid maakt mij altijd een beetje achterdochtig.
Kwintessens
Lid van de humanistische denktank Kwintessens
_Max Schneider -
Meer van Max Schneider

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws