Freddy Mortier
Karel Van Dinter
Non-fictie
  • 4120 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

19 januari 2021 Richard Wagner. De man die opera voor het volk maakte (met PODCAST)
Richard Wagner! Dát klinkt. Zoals de man het zelf ook wilde. Opera met een grootse O. Maar meteen zet de ondertitel je dan aan het denken: Opera voor het volk? Want roept Wagner niet vooral beelden op van elitaire bombast, geniale megalomanie, mythisch heldendom en - voor de filosoof in ons - de wrevel van Friedrich Nietzsche? Maar ook - en minder fraai - van antisemitisme, Duits ultranationalisme en Wagner-de-lievelingscomponist-van-Adolf-Hitler?
_Pedanterie in Bayreuth
Ongetwijfeld. En dat krijg je ook in deze Richard Wagner. De man die opera voor het volk maakte van Freddy Mortier. De zielsverwantschap met Wagner houdt Mortier al sinds zijn tiende bezig. Een fascinatie die hij nu uiteindelijk neerschreef. (p.9) Met oog voor de turbulente culturele en politieke setting waarin Richard Wagner (1813-1883) zijn grote ambitie levenslang nastreefde: volksverheffing en gemeenschapsvorming door middel van opera als Gesamtkunstwerk. Om die Wagner toegankelijker te maken is duiding steeds welkom. Immers: Volksverheffing? Gesamtkunstwerk? Opera? Ja, zeker. Want voor Wagner een kunstvorm die voor ‘de moderne staat het equivalent zou moeten zijn van wat de antieke tragedie was voor de Atheense stadsstaat, een instrument van gemeenschapsvorming.’ (p.17) Opera geen kunst-om-de-kunst, dus. Wel om te beroeren en open te breken! En op die manier iets te bewegen in de gemeenschap…

De Griekse tragedie als politieke smaakmaker? Dat leidmotief voor zijn levenswerk haalde Wagner reeds vroeg bij Johann Droysen (1808-1884), historicus en politieke activist. (p.88) Kunstreligion in de bezeten opvatting van Wagner moest immers grote kunst zijn. Én een nieuwe religie voor het (Duitse?) volk. (p.79/94). Revolutie! Zelf ging Wagner in 1848 onder impuls van het anarchisme (Bakoenin) als radicaal democraat de barricaden op…
_Schitterende mislukking
De bevlogen inspiratie door de klassieke tragedie (Aeschylus) verklaart ook heel wat van de dweperige hang voor Wagner bij de jonge Nietzsche. Al zou dat nog wel keren. De omslag van idolatrie naar afkeer voor het aanbeden-genie-op-onbegrepen-en-eenzame-hoogte, expliciet na diens knieval voor de Gekruisigde in Parsifal, kwam er niet pas na de dood van Wagner met Der Fall Wagner (1888), maar kondigde zich bij Nietzsche - filosoof van de Antichrist! en Umwertung aller Werten! - reeds eerder aan… Zijn kritiek op de Kunstreligion à la Wagner ging veel fundamenteler dan het oppervlakkige verwijt van volksverlakkerij, slavenmoraal, antisemitisme of ontaarding. (p.55) Zodat Mortier zelf reeds vroeg in zijn boek kan gewagen van ‘… de schitterende mislukking van het project van Wagner’. (p.17) Immers, hoe geslaagd was diens project van volksverheffing? Want, stelt Mortier, de hand van Wagner is vandaag toch in vele culturele uitingen indrukwekkend aanwezig…

Het brengt ons naadloos tot de intrigerende kwestie van die populariteit van Wagner vandaag. Niet enkel wat het aantal opvoeringen van zijn opera’s en de pedanterie van Bayreuth betreft, maar vooral zijn ‘immense impact’ (sic p.19) op heel de hedendaagse industriële mediaproductie genre H(B)ollywood, popcultuur, lowtaste content, enz. Hoe ontrafel en verklaar je de vele kronkelwegen en stippellijnen die volgens Mortier lopen van Der Ring des Nibelungen, Tristan und Isolde, Parsifal, … naar, pakweg, Game of Thrones of Superman? Hoe komen Die Walküren als leidmotief terecht in Apocalypse Now van Francis Coppola?

Die impact, apert of onderhuids, kan men alvast spotten in de populaire film- en muziekcultuur, maar ook in de literatuur, de plastische kunsten, de architectuur, enz. Én in de filosofie, de moraal en de politiek. Daarbij kunnen echter nogal wat filosofische, ideologische én politieke vragen gesteld worden over de inhoud en de inwerking van welke culturele uiting dan ook. Intrigerend tussendoortje en doordenker van Mortier: ‘… wat kunst is, is uiteindelijk politiek bepaald.’ (p.94) In tijden van www-communicatie geen neutrale vaststelling…
_The medium is the m(a)essage
Wagner ging het blijkbaar vooral om het hoe en wat van een opera voor het volk. Maar ook al kan je heel wat filosofische en politieke invloeden aanwijzen, het finale waarom en - vooral -  waartoe was minder uitgeklaard. Misschien maakte Nietzsche zich wel terecht druk over het kitscherige, betuttelende en decadente karakter van wat als Kunstreligion moest doorgaan… Vandaag kan men net zo goed bezorgd zijn over het sussende en verslavende consumptiegehalte van nogal wat populaire cultuuruitingen en mediuminhouden. Opium voor het volk? De kritiek van Adorno (p.61) op de massificatie van de cultuur en de theorie van de repressieve tolerantie van Marcuse blijken nog steeds van toepassing...

Vandaag is het mode om diverse betekenisvelden zoals religie, kunst, (sociale) media, strips, muziek, kledij, mode, reclame, technologie, … - noem het maar - te beschouwen als ideologieën. Je zou het - nóg vager - ook kunnen hebben over memen. Die ziet men dan als impliciete of expliciete (uit)dragers van ideologische waarden met een politieke impact. Niet onterecht, maar wel een grove passe-partout waarmee men vele richtingen uit kan. Losjes gemeten hebben Andy Warhol, rock’n roll, Bob Dylan, Tik Tok, Disneystudio’s, Apocalypse now, Tarzan en Metallica immers allemaal iets met ideologie...

Mortier verbindt die hedendaagse populaire cultuur graag met Wagner. (p.28) Hoe zo’n kluwen van genealogische kronkelingen en vage stippellijnen met de Wagneriaanse trukendoos in elkaar zit, leverde al aardig wat studies muziekgeschiedenis en nostalgische Belpop-programma’s op. Een onderhoudend en leerrijk spelletje Cluedo met een hoge amusementswaarde aan projectie en Hineininterpretierung. Het oeuvre van Wagner bevat immers een schat aan toepasselijke vindplaatsen… Leuk doordenkertje daarbij: hoe zou hij zelf - misschien afgunstig - genoten hebben van het ontketende pandemonium van Woodstock of Pukkelpop 2011! Gesamtkunstwerk? Opera voor en dóór het volk…

Indien cultuurspreiding - Volksreligion - finaal te maken heeft met ideologie, waarden, identiteit en beïnvloeding doet men er goed aan zich te bezinnen over haar richting en inhoud. In een wereld vol streamende en zelfsturende global villages zijn Google, Facebook, Wikipedia en andere Amazons een eerder duister kompas… The medium is the message?
_Naasting van een opus
Wat leren ons dan de huidige hang naar Wagner en zijn culturele en ideologische impact? Met zijn erfenis kon het al eerder vele kanten uit. Zijn format voor volksverheffing leende zich als vanzelf voor de promotie - massificatie, propaganda - van eender welk ideologisch en politiek discours. Zo werd hij niet enkel ‘begroet als een linkse kameraad’ door links Nederland, maar ook door de Belgische socialisten Edward Anseele en August Vermeylen. (p.39) Deels geholpen door de herinnering aan zijn revolutionaire periode...
Ook de naasting van Wagner door het nazisme is vlug verklaard. Er was het gemak van de Duitse taal en het Germaanse karakter van zijn mythische helden, maar zeker ook de gestage Blut und Bodem ondertoon… Hoe Wagner de lievelingscomponist kon worden van Adolf Hitler heeft natuurlijk te maken met hun gedeelde hang naar volksverlakkerij en theatraal vertoon. Steeds een probaat demagogisch middel van lieden die verwachten daarmee hun macht te bestendigen… Populisme? Trumpisme?
Volgens Mortier is het echter moeilijk om bij Wagner de vinger te leggen op apert fascisme. Wat de opera’s betreft is dat immers vooral een zaak van hineininterpretieren en projectie naargelang de eigen waan... In het literaire werk - Wagner was niet enkel een begenadigd auteur van libretto’s - wemelt het echter van protofascistische inhouden en overtuigingen. Als men met Mortier fascisme definieert als ‘antiliberalisme, antidemocratie, antisocialisme, revolutionaire doelstellingen, legitimering van geweld voor politieke doeleinden, caesarisme (de roep om een sterke leider), etatisme (de staat als instrument van de nationale eenheid), nationalisme en internationalisme’ (p.221) krijg je geheid welles-nietes spelletjes. Want of je Wagner dat alles wel kan aanwrijven? 

Gewoonlijk blijft het dan bij het aanwijzen van het antisemitisme in Das Judenthum in der Musik (1850), Religion und Kunst (1880) en Erkenne dich selbst (1881). Of bij exegetisch geneuzel over welk soort Jood de schertsfiguren Sixtus Beckmesser in Die Meistersinger von Nürnberg of Alberich in Der Ring des Nibelungen door Wagner op de korrel worden genomen. Dat valt immers genoeg te verklaren vanuit de rancune ten aanzien van Giacomo Meyerbeer en kunstcriticus Eduard Hanslick, de rabiate invloed van Cosima Liszt en schoonzoon Houston Chamberlain, de lectuur van de Gobineau of, gewoonweg, de tijdsgeest. Het volhardend antisemitisme van Wagner aanwijzen en verklaren is echter niet vrijblijvend. Het vraagt ook om een humanistische afwijzing. Dat en andere fascistoïde trekjes in zijn oeuvre maakten Wagner immers niet toevallig tot de lievelingscomponist - én boodschapper? - van het nazisme.
_Voor elk wat wils
Maar was Wagner daarom zelf een (proto)fascist? Mortier na een afweging: ‘Al bij al past de noemer ‘conservatief’ of ‘ultraconservatief’ dus beter bij zijn gezindte dan ‘(proto)fascist’. Zijn antisemitisme maakte hem op zich niet tot een prefascist: antisemitisme was ook een ziekte van het conservatisme.’ Als Wagner volgens Mortier dan al de revolutionair van weleer is gebleven - ‘zoals hij soms leek te denken’- dan wilde hij wel ‘een nieuwe orde, maar dan een artistieke’. (p.223) Een artistieke, maar toch wel complexe orde, want verknoopt met: antisemitisme, Duits nationalisme, religie, mythologie, revolutie, enz. En ja, ook met: amor fati, zinnelijkheid, erotische decadentie, liefde, christendom, socialisme, racisme, boeddhisme, lijden, Reinmenschligkeit, ... Voor elk wat wils?
Stelt Mortier: ‘De theorie van Wagner over de band tussen volk en kunst is filosofisch niettemin interessant. De waarheid van die theorie is ook cruciaal voor de rechtvaardiging van het conservatieve concept van een kunstreligie.’ (p.169) Net de artistieke orde en wagneriaanse verknoping ervan met Volksgeist>vernieuwing>traditie>echte kunst - én antisemitisme - vraagt om duidelijkheid. Want ideologisch. Superieur? Elitair? Bayreuth? Opera voor het volk?
Misschien ligt hier wel de eigenlijke fascinatie voor Wagner: onze waardering van de man wordt zondermeer anachronistisch gekleurd door onze terugblik naar holocaust, fascisme, manipulatie, dictatuur, … Daarvan - en de heisa rond een Vlaamse cultuurcanon nog bezig - moet men zich goed bewust zijn. Pas dan kan men ook beter genieten van het gebruik - misbruik? - van de muzikale kneepjes, Tristanakkoorden, Siegfried -  vrijmetselaars- en andere leidmotieven, … - die Wagner zo kundig gebruikte als glijmiddel voor zijn Gesammtkunstwerk. (p.62) Zoals die wagneriaanse trukendoos vandaag ook dominant gebruikt wordt in het www-complex. En we beter begrijpen hoe Die Walküren terecht kon komen in Apocalypse now…

Mag je dan als zelfverklaarde humanist nog wel iets hebben met Wagner? Toch. Maar het helpt om dan te bedenken hoe listig en ideologisch gekleurd het kluwen van zijn Volksreligion is. Al dan niet na de lectuur van Wagner, De man die opera voor het volk maakte… Eerder ontmaskerde Karl Popper immers ook al de protofascist in Plato. Het belet niemand om hen te blijven lezen…
Meer weten over Richard Wagner. De man die opera voor het volk maakte van Freddy Mortier? Beluister hier de podcast van HVW Wagnerjaar 2013: HVW in gesprek met Freddy Mortier over Richard Wagner. (Bijgewerkte uitzending van HVW-Radio/VRTRadio1 18/11/2013)
Freddy Mortier
Karel Van Dinter
Non-fictie
Moraalfilosoof
_Karel Van Dinter Moraalfilosoof
Meer van Karel Van Dinter

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies