Anton de Kom
Marc De Bock
Non-fictie
  • 2512 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

30 november 2020 Wij slaven van Suriname
Cornelis Gerhard Anton de Kom (1898-1945) was een Surinaamse antikoloniale schrijver, nationalist en verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland. In het destijds door Nederland gekoloniseerde Suriname was hij actief in tal van linkse organisaties: Hij werd in 1933 gearresteerd op verdenking van het omverwerpen van het gezag en naar Nederland verbannen.
Na de Duitse inval in 1940 sloot de Kom zich aan bij het communistisch georiënteerde Nederlands verzet. Op 7 augustus 1944 werd hij gearresteerd voor de deur van zijn woning. Hij overleed op 24 april 1945 aan tuberculose in Kamp Sandbostel bij de Duitse stad Bremervörde, een zogeheten buitenkamp van het concentratiekamp Neuengamme.
In 1934 publiceerde Anton de Kom Wij slaven van Suriname: Dit boek is zowel een literair meesterwerk, persoonlijke en algemene geschiedschrijving als een felle aanklacht tegen racisme en uitbuiting. Het was het eerste boek waarin de Surinaamse geschiedenis beschreven werd vanuit antikoloniaal gezichtspunt, door een afstammeling van slaafgemaakten die de gevolgen van de koloniale overheersing aan den lijve had ondervonden. de Koms vader was als slaaf geboren, zoals vaker gebeurde, is de familienaam een omkering van de naam van de slaveneigenaar, Mok geheten.
Deze zestiende editie, verschenen in februari 2020, bevat drie inleidende beschouwingen van schrijfster Tessa Leuwsha, literatuurwetenschapper Duco van Oostrum, The Black Archives-oprichter Mitchell Esajas en een voorwoord van Judith de Kom, dochter van de auteur. “Geen volk kan tot volle wasdom komen, dat erfelijk met een minderwaardigheidsgevoel belast blijft. Daarom wil dit boek trachten, het zelfrespect der Surinamers op te wekken”, zo verklaart de Kom het opzet van zijn nu klassiek geworden boek.
Wij slaven... begint met een poëtische lofzang op Suriname, doorvlochten met autobiografische belevenissen. Dan volgt meteen de geschiedschrijving, van de eerste kolonisatie tot de afschaffing van de slavernij in 1863, over de nieuwe golf immigranten, de economische en financiële miskleunen van het koloniaal bewind en ten slotte de Koms bezoek aan en verbanning uit Suriname.
We komen een lange reeks van koloniale gouverneurs tegen met als uitschieter de verderfelijke verdeel-en-heerspolitiek van Johan Jacob Mauricius. Maar vooral heel veel feiten. Vergeten en verzwegen feiten.
Soms zijn passages letterlijk overgeschreven uit archieven of eerdere boeken over Suriname. Het is een bewuste literaire strategie: de auteur gebruikt witte geschiedenis als gedocumenteerd feit, als een bewijs van de waarheid van zijn verhaal, zodat de lezer deze niet langer kan bagatelliseren. Zo besteedt hij ruime aandacht aan de gruwelijke straffen (waarbij de “Spaanse bok” een voorname rol speelde) die de plantage-eigenaren en de rechterlijke macht toepasten, de systematische seksuele uitbuiting van jonge negerinnen met de rake opmerking “men hoeft slechts te letten op het aantal mulatten in Suriname om in te zien, dat de voorgewende afkeer van het blanke ras ten opzichte der zwarten, voor het geslachtelijk verkeer met onze vrouwen nooit een belemmering is geweest”, de “bostochten” tegen Joli Coeur, Baron en Bonni, de leiders van de marrons (gevluchte slaven) en het tijdperk van de “vrijheid” waarbij er maar weinig veranderde tegenover de slavernij van vroeger “want het is dwaasheid om te veronderstellen dat zij, die eeuwenlang onmondig gehouden werden, plotseling zonder steun en zonder slechts een stukje land, waarlijk in vrijheid zouden kunnen leven”, aldus nog de Kom. Dat alles met details die afkomstig zijn uit historische documenten en steeds verteld vanuit het oogpunt van de onderdrukten.
De schrijver plaatst hun vrijheidsstrijd ook in Europees perspectief: terwijl de Fransen streden voor vrijheid, gelijkheid en broederschap en de Hollandse patriotten een eerlijke volksvertegenwoordiging eisten, werd de opstand van de marrons neergeslagen door het Nederlands gezag.
Opmerkelijk is ook dat de Kom twee groepen lezers aanspreekt: de zwarte Surinamers en de witte Nederlanders. De zwarte lezers benoemt hij steevast met “wij” en hij probeert hen van hun diep verankerd minderwaardigheidsgevoel te verlossen, dan weer richt hij zich expliciet tot “de blanke lezer” om de geschiedenis van twee kanten te bekijken. Niettemin was Anton de Kom geen blankenhater of revolutionair. Integendeel, hij pleitte voor dialoog en samenwerking in plaats van gewelddadig verzet, in weerwil van de communistische aantijgingen over een soort revolutie die sommige commentatoren over dit boek hem ten laste leggen. Bovendien zag hij als vakbondsman witte arbeiders niet als vijanden of concurrenten, maar als potentiële makkers in de strijd voor een menswaardig bestaan voor iedereen.
Anton de Kom levert ons een boodschap over macht versus minderheid, over kapitaal versus armoede, treffend verwoord als hij het heeft over de falende subsidiepolitiek van de Nederlandse overheid in Suriname: “Zo verdwijnen de miljoenen voor Suriname ten bate van enkele kapitalisten, terwijl het overgrote deel der bevolking in armoe verkeert. En in Nederland op de scholen leren reeds de kleine kinderen het axioma: de neger is lui en Suriname kost ons miljoenen.”
Hij toont ook aan dat zijn strijd op psychologisch vlak voortgezet moet worden, want vele witte mensen dragen anno 2020 nog steeds - wellicht onbewust - gevoelens van superioriteit met zich. Dit komt tot uiting in het institutionele racisme en de structurele ongelijkheid waarmee talrijke zwarte en gekleurde mensen in onze hedendaagse maatschappij te kampen hebben.
Aldus zal zijn gedachtegoed nieuwe generaties blijven inspireren.

De persoon van Anton de Kom, op 22 juni 2020 opgenomen in de canon van Nederland, verdient met zijn woorden én daden zeker een plaats in het rijtje van de zwarte intellectuelen en voorvechters van burgerrechten, zoals onder meer Martin Luther King, Rosa Parks, Angela Davis, Malcolm X en Nelson Mandela. Allen hebben een indrukwekkende erfenis nagelaten die tot op heden zwaar doorweegt in het oplaaiend debat over ons koloniaal verleden…
Anton de Kom
Marc De Bock
Non-fictie
-
_Marc De Bock - Recensent
Meer van Marc De Bock

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies