Benjamin Balint
Victor De Raeymaeker
Non-fictie
  • 2662 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

20 mei 2019 Kafka’s laatste proces. De strijd om een literaire nalatenschap.
Dit boek is gedeeltelijk een “thriller”, een “courtroom drama” dat zich afspeelt met als inzet de nalatenschap van Max Brod en Esther Hoffe. Max Brod was filosoof, essayist, componist en een succesvol schrijver. Iemand die met alle “groten” van zijn tijd contact had en met hen correspondeerde. Maar hij was - niettegenstaande hun volledig tegenovergestelde karakters en temperamenten - vooral de enige, echte en toegewijde vriend van Frans Kafka, vanaf dat eerste ogenblik dat ze elkaar ontmoetten aan de universiteit.
Zo toegewijd dat hij niet enkel de enige was die het genie van Kafka onmiddellijk (h)erkende maar hem met raad en daad bijstond, aanzette tot schrijven, moed insprak en probeerde hem te dwingen zijn werk te publiceren.
Toen Kafka stierf, ontdekte Brod in diens appartement een grote hoeveelheid papieren allerhande, en tussen deze papieren een twee keer herhaald verzoek om alle documenten, brieven, manuscripten enz. meteen te verbranden. Brod verbrandde niets. Integendeel. Vanaf dat ogenblik lijkt hij iedere minuut van zijn leven te besteden aan het redden en promoten van het werk van Kafka. Hij schept orde in de overvloed van documenten, begint teksten te publiceren, schrijft een eerste biografie, geeft twee van zijn boeken uit. Hij doet dat met zóveel overtuiging dat het totaal onbekende schrijvertje een monument wordt in de supermoderne internationale literaire wereld van toen, en Kafka is dat tot op de dag van vandaag gebleven…
Brod wordt hierbij geholpen door zijn secretaresse Esther Hoffe. Bij zijn dood laat hij haar de volledige Kafka nalatenschap na, en zo wordt een massa nog ongepubliceerde documenten haar eigendom. Zij verkoopt er enkele, houdt de rest en die rest gaat op zijn beurt, bij haar dood, naar haar dochters. De dochters weigeren echter de documenten voor publicatie vrij te geven.

Ondertussen is Kafka een icoon geworden, een begrip. Een internationale wettelijke oorlog breekt uit over wie er “recht” heeft op het Kafka dossier, tussen Duitsland (het Duits Literair Archief in Marbach) en de ondertussen tot stand gekomen jonge staat, Israël. Wie “bezit” die literaire nalatenschap? Duitsland, want Kafka schreef toch in het Duits, ging naar een Duitse Universiteit? Maar dat Duitsland vermoordde wel de drie zusters van Kafka. Israël, dus? De Nationale bibliotheek van Israël. Want Kafka was toch een Jood?
Dat zal het begin zijn van de saga van de “Kafka nalatenschap”, even bizar als veel van Kafka’s romans zélf. Er ontstaat een wettelijk gevecht dat jaren aansleept en dat niet louter een (vreemd) legaal verloop kent, maar waarin alles draait rond vertrouwen, verraad, (nationale) identiteit, vriendschap, liefde, toewijding - devotie zelfs - en dat zich afspeelt rond de kern van wettelijke, ethische, morele en politieke dilemma’s in de internationale wereld van het gerecht. Dit maakt de raamvertelling van dit boek uit.
Maar het is vanzelfsprekend dat je louter hiermee de lezers geen 300 bladzijden lang geboeid kan houden. Gelukkig is Benjamin Balint een knappe schrijver die kristalhelder vertelt, prachtig kan doseren, ongemerkt van spoor kan veranderen. Hij zaait dus handig de biografie van Brod tussen het gebeuren, naast die van Kafka: zijn verhouding met vrouwen, diens vriendschap met Brod, het zich al of niet Jood of Duitser voelen, zijn opzettelijke onkunde, zijn scherp intellect en inzicht, zijn extreem gevoel voor de humoristische kant van het absurde.
En natuurlijk speelt alles zich ook af binnen een bepaalde tijdspanne en krijgen we ook de geschiedenis van meer dan een eeuw: de Jodenvervolging, het ontstaan van Israël, de ontstaansgeschiedenis van het Kafka archief.

De schrijver onderzoekt tevens wat Jodendom en Zionisme is, vraagt zich af of taal belangrijk is voor het bepalen van iemands eigendom, we lezen over het leven van Brod. We denken zelfs na over de vraag of het Hebreeuws als taal onontbeerlijk is om van een roman Joodse literatuur te maken die in aanmerking zou kunnen komen voor een Joodse literaire prijs.
En eigenlijk sta je, na het lezen van het boek, verbaasd dat je zoveel feiten en “kennis” en vervelend wettelijk gekibbel met zoveel interesse en spanning gelezen hebt.
Benjamin Balint
Victor De Raeymaeker
Non-fictie
-
_Victor De Raeymaeker - Recensent
Meer van Victor De Raeymaeker

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies