Kwintessens
Geschreven door Rudy Van Giel
  • 3522 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

20 juli 2022 Ethisch reveil: verliest de vrijzinnigheid de strijd? (deel 2)
De afbraak: euthanasie
In deel 1 van dit essay verwonderde ik mij erover hoe lang mensen strijd hebben moeten voeren om enkele ethische basisrechten te verwerven, die velen van ons tegenwoordig als vanzelfsprekend beschouwen. Toch lijkt waakzaamheid geboden.
Twintig jaar geleden werd in België de euthanasiewet gestemd. Wie ondraaglijk en uitzichtloos leed, mocht een beroep doen op medische hulp om een einde te maken aan zijn leven. Toch bleef het voor een bepaald segment van de bevolking onmogelijk om zich neer te leggen bij het feit dat sommige mensen over hun eigen lot konden beslissen. Het assisenproces rond Tine Nys in januari 2020 was een eerste stap om de wet onder vuur te nemen, en wel via de beproefde tactiek: niet open en bloot, wel achterbaks … niet via wetgeving of parlement, wel door intimidatie … Artsen wisten wat hun in de toekomst te wachten kon staan als ze het verzoek van hun patiënten zouden inwilligen.
En dat bleek ook. Bij driekwart van de dokters daalde de bereidheid omtrent euthanasie, niet alleen om die uit te voeren, maar zelfs om op te treden als adviserend geneesheer zoals de wet dat voorschrijft. Jan Lippens maakte er in Knack een reportage over. Onder de hoofding, De schrik zit er goed in, deed hij verslag van de problemen die een reeks collega's van me ondervonden, hoewel er uiteraard geen reden tot ongerustheid bestaat als je je houdt aan alle zorgvuldigheidseisen die de wet je oplegt. Al knaagt het wel natuurlijk, wanneer iemand je allerlei verwensingen naar het hoofd slingert, terwijl je je werk juist heel accuraat en volgens je geweten vervult.
Een gerenommeerd Antwerps advocatenkantoor verlaagde zich zelfs om mijn collega Steven Van Meirvenne te bedreigen via mail: 'Indien u toch overgaat tot uitvoeren van deze euthanasie, zal ik onverwijld een strafklacht indienen met als kwalificatie moord'. Een andere keer legde het kantoor in kwestie de wetteksten naast zich neer en eiste het binnen de 48 uur informatie omtrent de levensbeëindiging, al weet het zeer goed dat een dokter dit niet eens mag meedelen zonder toestemming van de patiënt. Advocaten bezondigen zich aan het schrijven van soms agressieve dreigbrieven, maar meer dan intimidatie is dit niet, want de wetgever bepaalde wel degelijk dat deze medische handeling uitsluitend een zaak is tussen arts en patiënt. Op één uitzondering na dan: bij minderjarigen.
Desondanks is het aantal klachten op de rechtbank toegenomen sinds het gemediatiseerde proces van Tine Nys. Zo ook bij de Orde der Artsen. Deze organisatie mag dan al niet direct bekend staan om haar progressiviteit, toch vind ik het merkwaardig hoe zij de wet van 28 mei 2002 meent te moeten bijsturen. Bij louter psychisch lijden oordeelt zij het 'aangewezen' om de familie bij het uitvoeren van de euthanasie te betrekken.
Nog meer intimidatie! Op 19 november vorig jaar wordt een arts van de Gentse kliniek Jan Palfijn gearresteerd, louter en alleen op basis van een aangifte die een medewerker bij de directie doet van een 'mogelijk onrechtmatige euthanasie'. Meteen wordt hij door het parket verdacht van vergiftiging – waar hebben we dat nog gehoord? – en schorst het ziekenhuisbestuur hem voor onbepaalde duur, zonder hemzelf te vragen naar zijn versie van de feiten of de Medische Raad daar op enig vlak in te betrekken. Het artsenkorps van Jan Palfijn spreekt van een precedent, want kennelijk kan elke dokter op basis van een eenzijdige klacht zomaar direct geschorst of ontslagen worden. Er bestaat dus niet de minste veiligheid of rechtszekerheid om je taak als geneesheer uit te oefenen.
Als van zo'n optreden geen afschrikkingseffect uitgaat! Tegelijk verneem ik van een vriend van me, medeorganisator van de protestacties in het ziekenhuis, dat hij is uitgenodigd zich naar de federale politie te begeven voor een 'interview'. Hij vreest dat er ook een cadeautje voor hem klaarligt.
Kennelijk is de heksenjacht begonnen, op de dokters en op de wet. Merkwaardig in dit verband is de opinie van Karel Verhoeven in De Standaard. Vóór de aanvang van het proces rond Tine Nys noemde hij het een goede zaak dat een volksjury zich uitspreekt over de manier waarop de euthanasiewet moet worden toegepast. Vreemde kronkel, toch, als men niet het parlement maar wel het hof van assisen de geschikte plaats vindt om een wet te bediscussiëren, hoewel de rechtbank in kwestie volgens deze zelfde Verhoeven theater is. En dus – en dit zijn echt waar zijn woorden! – 'een beloftevolle setting om de grijze zones in kaart te brengen'. In dezelfde krant gaat Ignaas Devisch zelfs een stap verder met de vraag of we lessen kunnen trekken uit enkele pijnlijke euthanasieprocessen. Ongetwijfeld kunnen we dat! Met name: hoe slagen we er in de toekomst in te verhinderen dat lobbygroepen via dit soort showprocessen de wet ondergraven met als enige bedoeling iedereen hun eigen morele agenda op te dringen? Want de wetgeving zelf laat niet de minste twijfel: alle uitvoeringsvoorwaarden waaraan voldaan moet worden staan er netjes in opgesomd. Ik frons de wenkbrauwen als Devisch zich durft af te vragen 'of artsen voldoende zijn opgeleid om gepast en met kennis van zaken aanvragen tot euthanasie te behan­delen en op te volgen'. Tja, indien niet de artsen, wie dan wel? Een professor medische filosofie misschien? Zo'n uitspraak doet bij mij de vraag rijzen of ethiek niet te belangrijk is om die louter in handen te geven van wijsgerige moralisten. Freddy Mortier, hoogleraar aan diezelfde faculteit, weet mijn verstoordheid te temperen: die wil mensen met praktijkervaring namelijk wél aanwezig blijven zien. Want het mag Devisch misschien verwonderen hoe onzeker studenten geneeskunde zich tonen tijdens zijn cursussen over levenseinde, in mijn ogen biedt zoiets juist garantie voor de toekomst. Het is eigen aan medici om niet lichtzinnig om te springen met leven en gezondheid. Reflectie en twijfel staan vaak centraal bij een ingreep. Als arts word je tweede slachtoffer van de patiënten die problemen hebben. De oplossing daarvoor heet intervisie, een procedé dat is uitgewerkt door Piet Hoebeke, de Gentse decaan van de geneeskunde, en dat nu algemeen wordt toegepast onder artsen: je moet leren praten met je collega's over dingen waar je mee zit, toch?
Het lijkt alsof onze samenleving bezig is te verharden en de ethische verworvenheden onder druk staan. En dit is misschien wat mij zo bang maakt aan de evolutie binnen onze maatschappij: de aanval op wat ik in mijn leven met zoveel moeite heb zien opbouwen, gebeurt niet enkel vanuit kringen van waaruit ik het altijd had kunnen verwachten, maar de afbraak is zich mede van binnenuit aan het voltrekken. In het vervolg is het maar best niet zonder meer terug te vallen op het kritische milieu dat ik altijd heb vertrouwd, de microbe van de sloop heeft de geesten er net zozeer geïnfecteerd. Ook daar grijpt een gestage maar onstuitbare ontmanteling plaats. De wereld gaat er niet langer op vooruit.
In deel 3 bespreek ik hoe het recht op abortus steeds meer onder druk komt te staan.
Kwintessens
Geboren in Antwerpen, verkaste naar de Limburgse kompels, om ten slotte als huisarts te werken in een volkse en multiculturele wijk te Gent, waar 86 nationaliteiten bij hem stonden ingeschreven. Hij publiceerde 'Kankeren. Een arts wordt patiënt' (Borgerhoff & Lamberigts) en 'Hoop. Broeders zonder liefde' (Ertsberg).
_Rudy Van Giel -
Meer van Rudy Van Giel

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws