Kwintessens
Geschreven door Willy Vandeweghe
  • 4601 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

16 maart 2022 Taalmanipulatie en identiteitsdenken. Newspeak 2.0 (deel 1)
Taal is een belangrijk instrument in de sociale en politieke strijd. Woorden hebben een denotatie: ze verwijzen naar iets in de werkelijkheid, maar ze zijn meestal niet toevallig gekozen. Afhankelijk van de keuzes kunnen de connotaties of nevenbetekenissen de ene of de andere groep in een beter of slechter daglicht stellen. Nemen we het voorbeeld van 'loonlast': 'Voor wie is loon een last? Dat kan toch onmogelijk het woord zijn van degene die loon ontvangt?'. (Jan Blommaert)
Laten we duidelijk zijn: sociale klasse valt, net als natie en godsdienst, onder wat socioloog Marc Elchardus in zijn boek Reset (2021) de 'grote identiteit' noemt. Daarover zal ik het niet hebben, deze artikelenreeks gaat over de linguïstische strubbelingen waar we de jongste jaren of decennia mee geconfronteerd worden, de opgeblazen 'culture wars' die te maken hebben met de particuliere of 'kleine' identiteit. Daar gaat het over de vraag of het juiste woord voor de Europeaan wit is of blank, of je een transgender mag aanspreken met zijn, haar of hen, hun, die, of je die z'n dead name nog mag noemen, of er ook 'cisgenders' bestaan, en andere kwesties die in het licht van de echte wereld futiliteiten lijken. Het gaat over taal, maar meestal houden de gebruikte argumenten taalkundig geen steek. En de zelfbenoemde, activistische taalpolitie hanteert regels en reglementen die kaderen in een theoretische visie maar niet het resultaat zijn van natuurlijke en gedeelde ontwikkelingen binnen een brede taalgemeenschap.
Als in de titel van deze stukjes verwezen wordt naar newspeak, zetten we een stap terug in de geschiedenis. In de naoorlogse jaren was er zeer veel belangstelling voor taal en hoe die door totalitaire regimes als het nazisme en het stalinisme misbruikt kon worden. Voor onze tijd zijn de dystopische werken van George Orwell nog steeds relevant: Animal Farm van 1945 en 1984 van 1948. Alles in dit werk van Orwell getuigt van kritiek op het totalitarisme, waarvoor hij zich inspireerde op het stalinisme in de Sovjet-Unie.
Reeds in 1946 (in zijn essay Politics and the English Language) waarschuwde Orwell  ervoor dat eufemismen, clichés en vaagheid in het schrijven gebruikt kunnen worden om orthodoxie te versterken en het onverdedigbare te verdedigen. Zoals Orwell in het (pas later gepubliceerde) voorwoord bij Animal Farm stelde: 'Als vrijheid iets betekent, dan is het wel het recht om mensen te vertellen wat ze niet willen horen'.
In die nieuwspraak worden alledaagse en bestaande woorden (slag, loop, boom, hond, veld …) grotendeels van hun betekenis ontdaan, door er alle dubbelzinnigheden of nuances uit weg te zuiveren: die vormen het A-vocabularium gekenmerkt door woordbesparing. Dat kan door twee woorden of lexemen, een substantief en een werkwoord bijvoorbeeld, te versmelten zoals think, dat het werkwoord think en het zelfstandig naamwoord thought gaat vervangen. Een andere techniek is antoniemen overbodig maken door voor alle te ontkennen woorden een negatief voorvoegsel te plaatsen, type onkoud = 'warm'. Intensificatie wordt bereikt door het prefix plus- of dubbelplus-: pluskoud = 'erg koud', dubbelpluskoud, is 'ijskoud'. Op die manier slaagde newspeak erin het aantal lexemen drastisch te verminderen: gegeven immers een woord als goed, bestaat er geen behoefte aan slecht, aangezien dit weergegeven kan worden door ongoed.
Anders is het bij het B-vocabularium dat uit nieuwe woorden bestaat, die voor politieke doeleinden zijn gevormd. Hier horen samenstellingen thuis als goeddunk of goodthink, voor 'rechtzinnigheid', 'politieke correctheid'. Een groot deel van deze ideologisch gekleurde woorden zijn eufemismen, zoals bijvoorbeeld vreugdekamp voor 'dwangarbeiderskamp' of Ministerie van Vrede voor 'Ministerie van Oorlog'. Door ze te strippen van hun associaties in het connotatieve vlak komen de woorden dan denotatief soms het tegenovergestelde te betekenen. Vergelijk de drie leuzen van de Partij die in 1984 zijn uitgehouwen in de witte gevel van het Ministerie van Waarheid: 'oorlog is vrede, vrijheid is slavernij, onwetendheid is kracht'. Dubbeldunk of doublethink houdt in dat je tegelijk twee tegengestelde gedachten in je geest kunt hebben, en beide waar achten. Zo wil O'Brien, handlanger van Big Brother, de hoofdfiguur Winston Smith ervan overtuigen dat 2 + 2 = 5.
Het komt er eigenlijk op neer dat nieuwspraak ontworpen is om de uitdrukkings­mogelijkheden te verminderen eerder dan om ze te bevorderen: in tegenstelling tot andere talen vallen er meer woorden weg dan erbij komen. Bovendien worden scherp omlijnde inhoud en ongewenste betekenissen zoveel mogelijk geëlimineerd, zeker in de aanvullende gespecialiseerde Woordenlijst C met 'wetenschappelijke en technische termen'.
Het hedendaagse tijdperk, gekenmerkt door identiteitsdenken en 'culture wars', is het tijdperk van een woke vorm van newspeak 2.0. Het is een variant op die van Orwell, maar de principes zijn, zoals we zullen zien, grotendeels dezelfde: woordvorm en betekenisinhoud komen in een nieuwe relatie te staan. Woorden worden losgekoppeld van hun ankerbetekenis, betekenissen krijgen nieuwe woorden, maar in globo wordt nuancering vervangen door vervaging en veralgemening. De newspeak van Orwell diende een totalitair doel, namelijk absolute controle over denken en handelen van de burgers vanuit een onzichtbare, allesziende overheid.
Op het eerste gezicht lijkt het of woke taalgebruik van onderop komt, gepromoot door activisme binnen grassrootsbewegingen. Bij nader toezien echter kan men er zich over verbazen hoe snel dit activisme opgepikt wordt en, in tegenstelling tot het activisme van de jaren '60, door de actoren van het establishment (politiek, media, academia, cultuur, ngo's, rijke filantropen …) omarmd wordt. Deze vernieuwde taal kadert binnen een extreem doorgetrokken identiteitsdenken, waarbij de individuele identiteit van personen de maat van alle dingen wordt en het gemeenschappelijke opzij duwt. De 'werven' die het bekendst zijn, spelen op de verschillen in ras en de verschillen in geslacht, in de nieuwspraak meestal aangeduid als gender, omdat dat laatste voorgesteld kan worden als een sociale constructie eerder dan als een biologisch gegeven. De vroegere man-vrouwtegenstelling, misprijzend weggezet als resultaat van 'binair denken', wordt steeds creatiever aangevuld met allerlei gendersubsoorten. Dit gaat dus niet om de 'grote' maar om de 'kleine identiteiten' van Elchardus, waarmee niet groepen maar individuen zichzelf definiëren. Ze leggen een soort van raster over de samenleving ('Orwelliaanse kippenhokken' noemde Christiaan Weijts het in De Groene) met in elk hokje een andere identiteit die zich onderscheidt en distantieert van andere identiteiten, een absolute fragmentatie van de gemeenschap. Over een paar van die werven gaan de volgende afleveringen.
'Van activisme tot cancelcultuur en (zelf)censuur. Vormt woke een bedreiging voor de vrijheid van denken?' Een meerstemmig symposium met een afsluitend rectorendebat, met als sprekers (in alfabetische orde): Dyab Abou Jahjah, Paul Boonefaes, Hans Boutellier, Karen Celis, Paul Cliteur, Eric Corijn, Mia Doornaert, Iman Lechkar, Koen Lemmens, Luc Sels, Rik Van de Walle, Floris van den Berg, Herman Van Goethem, Bernard Vanheusden, Jef Verschueren en Walter Weyns, op zaterdag 19 maart op de Stadscampus van de Universiteit Antwerpen. Info en inschrijvingen: klik hier.
Kwintessens
Willy Vandeweghe (°1948) is taalkundige. Voor zijn pensionering was hij hoogleraar Nederlands aan de Gentse vertalers-/tolken-opleiding. Hij is lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren (KANTL).
_Willy Vandeweghe -
Meer van Willy Vandeweghe

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws