Kwintessens
Geschreven door Max Schneider
  • 4893 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

15 december 2021 En/en 2.0
Een heel eind de vorige eeuw in kregen wij, pokdalige pubers, in het atheneum stichtende lectuur te lezen. Of dat veel geholpen heeft weet ik niet, maar minstens een van die tekstjes uit de reeks 'historische verhalen’ stuurde toen mijn jeugdig denken danig in de war en dat is eigenlijk nooit meer echt goed gekomen.
Het waren vaak variaties op behapbaar gemaakte dialoogteksten van Plato waarbij alle argumenten voor en tegen een of ander topic in de mond gelegd werden van de protagonisten. Uit die gesprekken met open einde dienden wij dan een wijze conclusie te distilleren. Kwestie van onze prille denkspieren te ontwikkelen. Zo herinner ik mij bijvoorbeeld een debat tussen iemand die met veel brio de haast bovenmenselijk prestaties loofde van kathedraal- en piramidebouwers. Zijn opponent beklaagde zich dan verontwaardigd over de slaven en de armoedig betaalde arbeiders die het labeur moesten leveren voor al die pracht en praal.
De Amerikaanse psycholoog Leon Festinger had toen in 1957 zijn cognitieve dissonantie nog maar net gemunt, maar het fenomeen had zich toch al danig diep in mijn breintje genesteld. Wat doe je als puber, die tenslotte de wereld nog moet gaan verbeteren, met zoveel onduidelijkheid over Goed en Kwaad? Bij de pastoor en zijn boek kon ik niet terecht wegens een krachtig beleden antiklerikalisme in ons gezin. Schoolvriendjes waren dan weer veel meer geïnteresseerd in het empirisch onderzoek der vrouwelijke anatomie. En binnen onze familie raakte ik ook niet ver met mijn mitsen en maren. Daar bekeek men de wereld door een rode bril en het naoorlogse antifascisme zat stevig vastgeschroefd.
Ik weet niet of er een psychologische term voor bestaat, maar sindsdien lijd ik aan iets dat ik dan maar ambivalentie-obsessie of het probleem van de twee waarheden noem. Ik voel me onweerstaanbaar geboeid, aangezogen door het tegenargument. Terwijl het nu net normaal is dat iemand zich wentelt in het warme bad van de groepsconsensus, het lekkere wij-gevoel, het wij-zijn-het-met-elkaar-eens. Dat gevoel ken ik uiteraard ook, maar dat warme wij-gevoel krijgt bij mij vaak een 'ja,maar’-smaakje.
Als ik erin slaag het enigszins opbouwend te formuleren, zijn er zelfs mensen die erin trappen en mijn 'ziekte’ verwarren met nuance en godbetert, zelfs wijsheid. Meestal laat ik ze maar in die waan, want de wereld kan wel een beetje nuance gebruiken; ik heb er echter vooral zélf last van. En daar wil ik nu een beetje over zeuren.
Ik ben sterk geïnteresseerd in mensen die het niet met mij eens zijn. Zij vormen een uitstekende toetssteen voor mijn denken en nemen mij het falsificatiewerk uit handen. Als hun argumenten steek houden, dan heb ik iets geleerd en kan ik mijn positie versterken. Vertellen ze onzin of, wat ook vaak gebeurt, komen ze met iets aandraven dat naast de kwestie is, dan zit ik goed natuurlijk. Twee keer winst.
Toch is dat niet de piste die meestal gekozen wordt. Volkswijsheden over medailles met twee kanten en andere klokjes laten luiden, leiden er meestal toe dat we ergens in een zoutloos compromis landen waar homeopathische restanten van overtuigingen iedereen en dus niemand tevreden zullen stellen.
Wie is er toch op het contraproductieve idee gekomen dat de oplossing, laat staan de waarheid, in het midden ligt? Best mogelijk dat je de 'oplossingen’ die aan beide uiteinden van het politieke spectrum voorgesteld worden niet lust, maar dat betekent niet dat de uitweg in het midden te vinden zou zijn. Als je de groep van 'eigen volk eerst’ en de groep van 'warm onthaal voor alle slachtoffers ter wereld’ tegemoet probeert te treden door ergens in het Gulden Midden te gaan staan, dan krijg je de voorspelbare hedendaagse miserie waar uiteindelijk helemaal niemand blij mee is. Noch het 'eigen volk’ dat de hakken hoe langer hoe steviger in het zand zet, noch de underdog wiens migratie onbegeleid en chaotisch in een neerwaartse spiraal van uitzichtloze afhankelijkheid en armoede terecht komt.
Waarom is het toch zo moeilijk om tegen je opponent te zeggen: ik hou niet van uw oplossingen, ik betwist de oorzakelijke verbanden die u legt en uw toon smaak ik al helemaal niet, maar als uw kritiek op de aanpak van probleem X correct is, kan en wil ik dat niet tegenspreken, laat staan, ontkennen.
Als u politiek eerder rechts denkt kan u toch moeilijk ontkennen dat links gelijk heeft met de stelling: multinationals en superrijken moeten ook belasting betalen.
Als u eerder links denkt, kan u toch moeilijk ontkennen dat rechts een punt heeft als ze zeggen dat de migratie de laatste decennia slecht gemanaged werd.
In beide gevallen kan je het oneens zijn met de 'oplossingen’ die zij voorstellen, maar hun kritiek ontkennen of negeren maakt populisten en extremisten aan beide zijden van het spectrum slapend rijk.
Waarheden kunnen mekaar schijnbaar tegenspreken en elk op hun eigen niveau toch waar zijn. Kwestie van schaal. Ter illustratie: als een antivaxer beweert dat de financiering van de zorg altijd al slecht geregeld werd en dat dat overconsumptie veroorzaakte, dan kan dat een drogreden zijn om de aandacht weg te leiden van zijn onwetenschappelijke houding tegenover vaccins. Maar in een bredere context en los van de vaccins heeft hij wel gelijk.
Ik ben me ervan bewust dat mijn stelling misschien al te gemakkelijk is. Theoretiseren tot in het abstracte, allemaal goed en wel, maar uiteindelijk moeten er wel knopen doorgehakt worden. Ik weet het, maar toch. Als humanist volg ik met achterdocht – en soms ook wel met verbijstering –  hoe woke en regressief links ondermijnen wat ze beweren te verdedigen. Maar ook, mocht ik miljardair zijn, ik zou aandachtig luisteren naar de roep om eerlijker belastingen, want ooit barst die kruik. De Franse adel zag de revolutie indertijd ook niet aankomen.
Soms moeten we in de zure appel bijten en de opponent tijdelijk en gedeeltelijk (!) gelijk geven. Dat vraagt een serieuze inspanning, want zowel de groepsloyaliteit als de emotionele band met de eigen overtuiging laten zich node overrulen door de rede, zelfs al is het tijdelijk en gedeeltelijk.
Twee waarheden, en/en, het kan.
Kwintessens
Lid van de humanistische denktank Kwintessens
_Max Schneider -
Meer van Max Schneider

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws