Het Vrije Woord
Geschreven door Martin Harlaar
  • 2029 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

20 september 2021 Ben ik wel woke genoeg? (15)
'Any Black man or group advocating self-determination is the natural enemy of the Jew'
Mary Lefkowitz: 'Do facts matter? Of course, because if you consider all the evidence (i.e., the facts) you have a better chance of making wise decisions. But if that is not your goal, and you simply wish to impose your will on others, you will seek to redefine what is meant by "facts" so you justify whatever it is that you’re trying to do.'
Dit artikel zal gaan over de confrontatie tussen feiten & mythen en hoe giftige ideeën zich verspreiden, van de ene naar de andere generatie Social Justice Warriors. Laat mij de locatie waar dit plaatsvond en de hoofdrolspelers kort aan u voorstellen.
Wellesly College
Wellesly College (Massachusetts, USA), een particuliere universiteit voor vrouwen, opgericht in 1870 (foto circa 1900). De bekendste alumnae zijn de Democratische oud-ministers van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright (1937) en Hillary Clinton (1947).
Mary R. Lefkowitz
Mary R. Lefkowitz, geboren in 1935 in New York. Haar opleiding genoot ze op het Wellesley College en het Radcliffe College (Cambridge, Massachusetts, USA). Ze is emeritus hoogleraar Klassieke Talen en was van 1959 tot 2005 verbonden aan het Wellesley College. In de jaren tachtig hield ze zich intensief bezig met de rol van vrouwen in de Klassieke Oudheid en in Griekse mythen.
Anthony C. Martin
Anthony C. Martin, in 1942 geboren in Port of Spain, hoofdstad van de Caraïbische eilandengroep Trinidad and Tobago. Hij studeerde in Engeland en de Verenigde Staten en was een groot bewonderaar van de op Jamaica geboren Marcus Garvey (1887-1940) waarover in de volgende aflevering meer. Van 1973 tot 2007 werkte Martin op het, mede door hem opgerichte, Africa Studies Department van Wellesley College. Hij overleed in 2013 op Trinidad.
_Alternative facts
Op 24 februari 2017 publiceerde Mary Lefkowitz, Professor Emerita of Classical Studies aan het Wellesley College, een artikel met als titel Do facts matter? en als ondertitel Redefining truth is a tried and true method of taking control. Bovenaan heb ik de openingsregels van dit artikel geciteerd.
Aanleiding om het artikel te schrijven was Donald J. Trump die op dat moment net een maand president was. Velen binnen en buiten de Verenigde Staten verbaasden zich over het gemak waarmee niet alleen Trump, maar ook regeringsfunctionarissen aantoonbare onwaarheden vertelden. Witte Huis-woordvoerder Sean Spicer verklaarde tijdens een persconferentie dat er nog nooit zoveel mensen aanwezig waren geweest bij een inauguratie – terwijl foto's onomstotelijk aantoonden dat dit onzin was – en 'Counselor to the President' Kellyanne Conway verdedigde onwaarheden door ze te bestempelen als 'alternative facts'.
Bijna tweeënhalfduizend jaar eerder, tijdens de Peleponnesische Oorlog (430-404 v.Chr.), was het niet heel veel anders geweest, zo schrijft Lefkowitz in haar artikel. Ook toen was het herdefiniëren van de waarheid voor strijdende partijen een middel om macht in handen te krijgen. Wat Lefkowitz niet in het artikel vertelt was dat ze zich begin jaren negentig gedwongen had gezien om als academica de strijd was aan te gaan met een verspreider van 'alternative facts', haar collega professor Tony Martin. Onvoorwaardelijke steun van het bestuur was uitgebleven.
Dale Rogers Marshall
Dale Rogers Marshall, decaan van Wellesley College, had geen stelling genomen tegen het verspreiden van 'alternative facts' door Martin, maar gezegd: 'He has his view of ancient history and you have yours.'
_History lesson
In 2008 publiceerde Mary Lefkowitz het boek History Lesson. A Race Odessey. (Yale University Press). Achterop het boek heeft de uitgever enkele citaten uit recensies afgedrukt. Ik sluit mij als nieuwbakken ontdekkingsreiziger in het Land van Woke, een oud en uitgestrekt schimmelbos dat bevolkt wordt door diverse krijgshaftige stammen van het trotse, doch hypersensitieve volk der Social Justice Warriors, graag aan bij de woorden van oudhistoricus en classicus professor Donald Kagan (1932-2021):
'Anyone serious about fundamental principles of education, academic freedom, and the expectation of civil behavior in intellectual controversy must confront Mary Lefkowitz's chilling account of what happened to her and others at Wellesley College.'
In de introductie van het boek schrijft Lefkowitz:
'This is the story of how I came to find myself in a controversy for defending an obvious truth [dat Griekse filosofie niet was gestolen van de Egyptenaren, MH]. You might be surprised that telling the truth should create a problem in an American university. In the last thirty years or so, however, I found there to be a kind of moral or ethical confusion among academics, as if we have forgotten what universities are for, or what we were originally hired to do. Telling the truth, instead of being our first responsibility, had suddenly become less important than achieving social goals. These goals were to be reached not by means of the usual scholarly tools of reflections and reasoned persuasion. They were to be imposed by assertion and fiat. Teaching our students and ourselves how to evaluate ideas and evidence or learning how to add to the body of knowledge seemed to me, as I struggled with the events that are the subject of this book, to be no longer top priority.'
Begin jaren negentig kwam Lefkowitz terecht in wat ze een 'superstorm' noemt. Ze had zich gedurende haar academische loopbaan beziggehouden met de zowel Griekse geschiedenis als Griekse mythologie. Ze kwam in de problemen toen ze bezwaar aantekende tegen een nieuwe mythe, namelijk dat de Grieken (lees: witte Europeanen) de filosofie van de Egyptenaren (lees: zwarte Afrikanen) hadden gestolen.
De superstorm was samengesteld uit twee stormen: een intellectuele (het postmodernisme) en een politieke ('a new awareness of racism'). Het postmodernisme was een nieuw wapen in het antiracistische arsenaal. De geschiedenis was in de ogen van de postmodernistische antiracisten geschreven door mensen die bewust of onbewust racistisch waren en diende derhalve opnieuw geschreven te worden. Lefkowitz:
'That myths are now being taught as history has a lot to do with postmodernism. If a myth serves a useful social purpose, or uses the past as a means of righting wrongs in the present, many academics do not want to object to its presence in the curriculum.'
_Stolen Legacy
Begin jaren negentig kwam Lefkowitz er tot haar verbazing achter dat sommige docenten in Wellesley College geloofden in de mythe dat de Griekse filosofie van de Egyptenaren was gestolen. Lefkowitz:
'In Wellesley's Africana Studies Department, Professor Anthony C. Martin had for many years been teaching hist students that theory in his course called Africans in Antiquity. I had always assumed, or wanted to assume, that this course was about early history of Africa. In practice, I now saw, the course paid special attention to the role of Africans "in Greece and Rome", even though the historical record leaves little doubt that there were few Africans in Greece or Rome and that their cultural influence on these civilizations was negligible. Students were asked to read materials about ancient Egypt, the race of the ancient Egyptians, and Stolen Legacy, a book that taught that Greek philosophy and culture had been stolen from Africa – and in particular, literally stolen by Aristotle from the great library at Alexandria, in Egypt.'
Stolen Legacy was gepubliceerd in 1954 en geschreven door de in Brits Guyana geboren George G.M. James (1893-1956). James studeerde in Engeland en de Verenigde Staten. Hij was vrijmetselaar en binnen de vrijmetselarij spelen verhalen over Egypte en Griekenland en het doorgeven van kennis een grote rol. James en degenen die zich op hem beroepen gaan echter tot op de dag van vandaag voorbij aan het feit dat de bibliotheek nog niet bestond toen Aristoteles leefde. De mythe is belangrijker dan de werkelijkheid. Het dient een doel. Het is een wapen in de strijd.
_The Secret Relationship Between Blacks and Jews
Andere 'alternative facts' die Martin onder zijn studenten verspreidde stonden in The Secret Relationship Between Blacks and Jews (1991), een publicatie van de Nation of Islam, u weet het nog wel van aflevering 11, de organisatie die de enkele decennia eerder verzonnen mythe van de schurkachtige wetenschapper die in een héél ver verleden de aarde had opgeblazen als historische waarheid verkondigde, vergelijkbaar met hoe mormonisme en scientology begonnen waren. The Secret Relationship Between Blacks and Jews werd door Tony Martin ingezet in de strijd tegen de witte onderdrukkers, en meer in het bijzonder, de Joden, die volgens het boek de hoofdverantwoordelijken waren voor de trans-Atlantische slavenhandel.
Vooral uit joodse hoek werd bezwaar werd aangetekend tegen het feit dat op het Africa Studies Department van Wellesley College een onwetenschappelijk, antisemitisch boek werd gebruikt om studenten iets over het verleden te leren. Alle kritiek en commotie brachten professor Martin ertoe om in 1993 The Jewish Onslaught. Despatches from the Wellesley Battlefront te publiceren. De titel maakt duidelijk hoe Martin zichzelf zag: als de eenzame strijder die van alle kanten werd aangevallen door joodse vijanden. Vanuit zijn belegerde veste stuurde hij berichten de wereld in om potentiële bondgenoten te laten weten hoe ernstig de situatie was.
Inhoudsopgave van 'The Jewish Onslaught'
Inhoudsopgave van 'The Jewish Onslaught'
Deel van de achterzijde van het boek
Formuleringen als 'The Jewish attack on Black progress' en 'The escalating Jewish onslaught against Black people' op de achterzijde van het boek maken duidelijk wat de lezer van het boek mag verwachten. Martin liet in het boek zien dat de afkeer van joden bij Zwarten een lange geschiedenis kent. Hij haalde een uitspraak uit 1964 aan van de in de Domincaanse republiek geboren en in 1929 naar New York verhuisde Carlos A. Cooks (1913-1966): 'Any Black man or group advocating self-determination is the natural enemy of the Jew. (…) African America's famous journalist and Garveyite, John Edward Bruce [1856-1924], hinted at similar sentiments ca. 1920 or 1921.'
Voor het feit dat de zwarte burgerrechtenbeweging altijd gesteund was vanuit joodse hoek had Martin een verklaring.
Scan van pagina 73-74 van 'The Jewish Onslaught'
Scan van pagina 73-74 van 'The Jewish Onslaught'
Volgens Martin hadden de joden de Zwarten altijd in de gaten gehouden. Na de afschaffing van de slavernij was dat niet minder geworden, wel 'more sophisticated'. We zien hier een variant op de basisredenering van de Social Justice Warriors in de Verenigde Staten, dat het racisme na de afschaffing van de slavernij in 1865 en de invoering van de Civil Rights Act van 1964 nog altijd even erg is, misschien wel erger, maar nu meer verborgen.
Bij Martin zien we het antisemitische idee-fixe dat de joden overal in de samenleving – al dan niet achter de schermen – aan de touwtjes trekken en verantwoordelijk zijn voor alle ellende. De ene keer verpakte Martin het in een stellige bewering, de andere keer in een suggestieve vraag, zoals 'in hoeverre had het joodse Hollywood lynching van Zwarten aangemoedigd?'
Scan van 'The Jewish Onslaught'
Witte critici van zijn opvattingen waren racisten, zwarte critici deed Martin af als 'unthinking Negro stooges' van 'the privileged and powerful U.S. Jewish leadership'. Henry Louis Gates, Jr. (1950) wordt weggezet als 'African America's most notorious Judeaeophile.'
_‘Therefore, Semitic means Black’
In zijn boek drukte Martin ook enkele ingezonden brieven af die studenten hadden gestuurd aan The Wellesley News, de onafhankelijke studentenkrant van het Wellesley College. Dahla M. Chandler was een van die studenten. Zij schreef haar brief een jaar voordat zij afstudeerde aan het Wellesley College. Ik wil u haar hallucinante verdediging van Professor Tony Martin niet onthouden.
Bron: The Wellesley News
Het is een redenering voor liefhebbers de logica in het Land van Woke.
  • De eerste joden waren Ethiopiërs (dus zwarte Afrikanen). Enkelen van hen trokken duizenden jaren geleden naar Europa om mensen te bekeren.
  • Het begrip 'semitisch' refereert aan talen van Afro-Aziatische volkeren. 'Afro' betekent Afrikaans. De meeste Afrikanen zijn zwart, dus semitisch betekent zwart.
  • Antisemitisch betekent dus anti-Zwart. Een antisemitische Afro-Amerikaan zou dus anti-Zwart zijn en dat is onzin.
Impliciete conclusie van Dahna M. Chandler:
  • Het boek The Secret Relationship Between Blacks and Jews kan niet antisemitisch zijn, want het is geschreven door de Nation of Islam, een zwarte organisatie. En Tony Martin kan niet antisemitisch zijn, want hij is zwart.
Ik heb op internet gezocht tot wat Dahna M. Chandler zich na haar studie – mede dankzij professor Tony Martin – heeft ontwikkeld. Het zal u niet verbazen.
Bron: Twitter
Tony Martin is dood, maar zijn onwetenschappelijke en antisemitische ideeën leven voort en hebben zich tot ver buiten de muren van Wellesley College verspreid. In de volgende aflevering graven we dieper in het schimmelbos en besteden we aandacht aan de held wiens ideeën Tony Martin sterk hebben beïnvloed: Marcus Garvey. In 1983 publiceerde Martin een boek met de simpele titel: Marcus Garvey, Hero. Leuk om te weten: de ouders van Malcolm X waren ook grote bewonderaars van Garvey.
Boekcover 'Marcus Garvey, Hero'
_Ecce homo
Toen Tony Martin vijfenzestig was, kreeg hij een zoon. Hij noemde hem … nee, niet Marcus, maar Shabaka. Naar een farao uit de achtste eeuw voor Christus. Waarom? Mijn hypothese: Marcus is een Romeinse en dus een witte naam. Farao's heersten in Egypte en Egypte is een Afrikaans land en de meeste Afrikanen zijn zwart, dus Shabaka is een zwarte naam. Een naam om trots op te zijn!
Mei 2012 publiceerde Martin zijn laatste boek, Caribbean History. Een citaat uit de Guyana Chronicle van 27 mei 2012:
'The launch included a presentation segment in which Martin lovingly dedicated the work to his beloved five-year- old son Shabaka, who he said was his constant companion through the writing of 'Caribbean History', and he also presented him with a copy of the work.'
Tony Martin en zijn kleinzoon Shabaka. Links Frank Anthony, minister van Cultuur, Jeugd en Sport van Trinidad & Tobago
Het was – zo realiseerde ik mij toen ik dit las en de foto zag – de eerste keer dat Tony Martin op mij niet overkwam als een boze, verongelijkte man, die zich er een academisch leven lang kwaad over had gemaakt dat 'wij' de Griekse filosofie van 'hun' hadden gestolen.
Bron: Trinidad & Tobago Guardian
Bron: Trinidad & Tobago Guardian
Het Vrije Woord
In het kader van het 'Grote vragen'-project (Diversiteit & Dialoog staan daarin centraal) probeert Martin Harlaar, in samenwerking met het Humanistisch Verbond, tot de kern van belangrijke maatschappelijke thema's door te dringen. In 2021 verscheen zijn boek 'De getemde mens. Waar komt (volgens u) onze moraal vandaan?' en in 2022 'Ben ik wel woke genoeg?'. In januari 2024 verscheen 'Het gender-experiment'.
_Martin Harlaar Martin Harlaar (Amsterdam 1956) is historicus
Meer van Martin Harlaar

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws