Kwintessens
Geschreven door Durk Talsma
  • 8542 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

26 januari 2021 Het grote psychoanalytische experiment
'Heel symbolisch, het voedsel van de Moeder te weigeren …' Ik was even met stomheid geslagen. We hadden een psychoanalyticus op bezoek en het gesprek ging over wat overschotjes die een paar weken eerder bij ons in de koelkast waren achtergebleven. Om een ongemakkelijke stilte te vermijden, opperde ik daarom maar dat het ook simpelweg aan de houdbaarheidsdatum kon liggen dat we er niet meer van gegeten hadden …
Het bovenstaande voorval gaf me een verbazingwekkend inzicht in de denkwereld van een psychoanalyticus; een denkwereld waarvan ik vaag het bestaan nog afwist, maar waarvan ik vermoedde dat die in werkelijkheid niet meer bestond. Tot ik tien jaar geleden naar België verhuisde. Groot was namelijk mijn verbazing toen ik op mijn allereerste werkdag aan de UGent een e-mail kreeg die afkomstig was van een medewerker van een vakgroep 'Psychoanalyse'. Het was 2010 en state of the art van neurowetenschappelijk onderzoek had toen al zowat alle fundamenten onder het werk van Freud en consorten weggezaagd. Al decennia eerder toonden filosofen, van Karl Popper tot Frank Cioffi, het pseudowetenschappelijke karakter van de psychoanalyse aan.
De eerste indicatie dat er iets mis was met Freud zijn ideeën kreeg ik begin deze eeuw, toen ik een paar artikelen las die beargumenteerden dat Freud niet bepaald een nauwgezet observator was. Ik had net mijn proefschrift verdedigd en kon, voordat mijn volgende echte job zou starten, een paar maanden in mijn levensonderhoud voorzien door een cursus 'Motivatie' over te nemen van een overspannen collega aan de Universiteit van Amsterdam. Het voorgeschreven handboek bevatte een flinke dosis freudiaanse psychoanalyse, wat zowel bij mij als bij de studenten nogal wat vraagtekens en weerstand opriep. En neen, we hadden geen freudiaanse analist nodig om die weerstand te duiden. Amsterdamse studenten zijn daar assertief genoeg voor. Het was voor mij het begin van het besef dat de Freud Wars bijna een decennium eerder in alle hevigheid waren losgebarsten en dat het doek over deze stroming feitelijk reeds gevallen was.
In Nederland, en ook in de Verenigde Staten waar ik later nog twee jaar werkte, is de analytische traditie dan ook al jaren verdwenen binnen de academische psychologie, onder meer vanwege het grote succes van evidence-based benaderingen en het hieruit voortschrijdende inzicht dat de psychoanalytische ideeën onhoudbaar zijn. In mijn eigen opleiding kreeg ik nog net de laatste stuiptrekkingen van de Nederlandse psychoanalyse mee. Een aantal van de inleidende handboeken die ik bewaarde, beschrijven het psychoanalytische perspectief nog en in een paar daarvan wordt Freud nog gepresenteerd als een visionaire pionier. Bij een grootschalige zolderopruiming eerder dit jaar vond ik zelfs nog een essay terug waarin ik het concept creativiteit moest duiden vanuit een cognitief en een psychoanalytisch denkkader. Het essay was overigens onderdeel van een cursus geschiedenis van de psychologie en was dan ook niet meer dan een denkoefening.
_Schadelijke therapieën
Dat analytische therapieën ineffectief waren, wist ik dus al langer, maar dat ze ook schadelijk kunnen zijn, ben ik me pas de laatste tien jaar gaan realiseren. Bekend zijn de spraakmakende gevallen van 'verdrongen herinneringen' aan seksueel misbruik, bovengehaald door een overijverige therapeut. Er kleeft een aantal belangrijke bezwaren aan het 'terughalen' van dit soort herinneringen. Ten eerste is er helemaal geen evidentie voor het freudiaanse idee dat traumatische herinneringen 'verdrongen' worden. Integendeel, vaak zijn dit de meest levendige herinneringen waar de patiënt het liefst van af wil. Ten tweede beginnen we ons steeds beter te realiseren dat ons geheugen reconstructief is. Dat wil zeggen dat we herinneringen niet opslaan in de vorm van een film- of audio-opname, maar dat we ze actief reconstrueren op basis van individuele flarden die wel opgeslagen zijn. Dat dit een bijzonder fragiel proces is, blijkt bijvoorbeeld al uit de mate waarin onze dagelijkse episodische herinneringen vertekend zijn. Doordat we herinneringen vaak terughalen, worden ze langzaam maar zeker iedere keer iets bijgekleurd. Een dramatisch gevolg is dat we er vrij gemakkelijk in kunnen slagen om mensen zich dingen te laten herinneren die in werkelijkheid nooit gebeurd zijn. Zo slaagde de Amerikaanse geheugenonderzoekster Elisabeth Loftus erin de 14-jarige Chris zich te laten herinneren dat hij ooit als kind was verdwaald in een winkelcentrum.
Uiteindelijk bleek de valse herinnering zo levendig te zijn, dat Chris niet kon geloven dat het incident nooit had plaatsgevonden. Nu was dit een onschuldige herinnering, maar de gevolgen kunnen natuurlijk funest zijn, bijvoorbeeld wanneer een herinnering aan seksueel misbruik wordt aangepraat terwijl die in werkelijkheid nooit plaatsvond.
Dit is slechts één concreet voorbeeld van de potentiële schade die een analist kan berokkenen, maar zo zijn er legio. Wat te denken van bijvoorbeeld onschuldige moeders die van een psychoanalyticus te horen krijgen dat autisme het gevolg is van een gebrek aan liefde van de moeder voor het kind? Of dat een psychose voortkomt uit een verstoring van de relatie tussen de patiënt en objecten in de omgeving, met als gevolg een 'regressie naar een narcistische objectloze toestand' (ik citeer Berati, S. (2003). 'Psychoanalytic theory of psychosis'. In Archives of General Hospital Psychiatry, 2, S52)? Tegenwoordig weten we bijna zeker dat beide stoornissen een biologische basis hebben (al is het nog niet precies duidelijk wat).
_Psychoanalyse en corona
Het psychoanalytische perspectief, en de schade die het teweegbrengt, heeft vele tentakels. Ze strekken zich uit tot aan het coronavirus. Wie regelmatig de (sociale) media checkt, zal het waarschijnlijk niet ontgaan zijn. In een stortvloed aan opiniestukken en mediaoptredens op YouTube probeert Mattias Desmet, onlangs nog in De Morgen beschreven als de 'nieuwe ster' van de Vlaamse psychoanalyse, een gehoor te vinden voor zijn boodschap dat het virus niet gevaarlijker is dan een griepje. Integendeel, en ik citeer uit zijn laatste interview: 'Er is een enorm psychisch lijden, gebrek aan zinverlening en afwezigheid van sociale banden in de samenleving. Dan komt er een verhaal langs dat een angstobject, het virus, aanwijst, waarna de bevolking haar angst en onbehagen massaal aan dit angstobject koppelt.' Merkt u de denkfouten op? Ik zie er alvast twee. Niet alleen draait Desmet de oorzaak-gevolgrelatie om, hij introduceert ook nog eens een compleet overbodige variabele, namelijk een niet-observeerbare, latente maatschappelijke angst om deze omkering te verdedigen. Net als in het voorbeeld van de symbolische afwijzing van de moeder, waar ik dit stuk mee begon, volstaat de simpelere verklaring. Desmet meent zelfs dat de maatregelen die men neemt tegen het virus, 'totalitaire' en 'dictatoriale' trekken aannemen. Alsof wie een vaccin weigert, meteen in een concentratiekamp belandt.
Maar goed, stel dat het klopt wat Desmet beweert, dat het maar om een griepje met 'lage mortaliteit' gaat, dan stel ik een experiment voor. We huren een concertzaal af waarin we iedereen onderbrengen die zijn mening onderschrijft. (Het is overigens opvallend dat diegenen die enthousiast op zijn boodschap reageren, vaak ook in diverse complottheorieën geloven.) We stoppen er ook alle coronasceptische psychoanalytici bij, zoals Desmet, die de groepsleden en masse in analyse nemen. Dit zou voldoende moeten zijn om hun 'latente angst' omhoog te brengen. Omdat het virus zelf klaarblijkelijk toch niet zo gevaarlijk is, vragen we voor deze groep een ontheffing voor alle coronamaatregelen. Iedereen mag de zaal vrij in en uit, zoveel handen schudden als ze willen, collectief boodschappen doen, funshoppen, niet essentiële verplaatsingen maken en natuurlijk massaal samenscholen. De rest van de bevolking dient als controlegroep. Een half jaartje later evalueren we welke groep er het beste uitkomt. Ik weet alvast op welke groep ik mijn geld zou inzetten.
(foto bovenaan © Gwenny Cooman)
Kwintessens
Durk Talsma is als hoofddocent cognitieve psychologie verbonden aan de vakgroep experimentele psychologie van de UGent. (Foto © Juliette Taquet)
_Durk Talsma -
Meer van Durk Talsma

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws